id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
29868 | kantelbank | treedbank: tret˱baŋk (Echt), wipbank: wep˱baŋk (Swalmen, ... ), wøp˱baŋk (Thorn) | Bank met vorm waarvan de bodem beweegbaar was. Door deze bodem met behulp van een pedaal omhoog te drukken kon men de gladgestreken kleikoek wegnemen en op de panvorm leggen. Het uitnemen van de kleikoek werd in L 270 uitkloppen (ūtklǫp\) genoemd. [monogr.] II-8 |