29367 |
kopstuk |
bovenstuk:
bǭvǝštø̜k (L329p Roermond),
deksel:
de̜ksǝl (L414p Houthalen, ...
Q117p Nieuwenhagen,
L329p Roermond,
Q118p Schaesberg,
Q098p Schimmert,
L423p Stokkem),
kopstuk:
kǫpstøk (P047p Loksbergen)
|
Het deksel dat boven op het pomphuis is aangebracht. Soms is aan het deksel een stang bevestigd die scharnierend met de pompzwengel is verbonden. Zie ook afb. 240. In L 423 was het deksel van geelkoper vervaardigd. Aan de onderzijde ervan was een sierband aangebracht. [N 64, 133o; N 66, 49o] || Stuk van zachte hennep, ongeveer 50 cm lang en van voor en achter afgebonden, waarmee men glans op het touw legt, terwijl men de baan afloopt. [N 48, 108b]
II-11, II-7
|