e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
maat houden bij het dorsen aan de slag blijven: ǫn dǝ slāx blīǝvǝ (Overpelt), boekweit dorsen: bugi [dorsen] (Beringen), bugǝt [dorsen] (Overpelt), boekweitkoek dorsen: butǝku [dorsen] (Beringen), butǝkuk [dorsen] (Zelem), buŋǝdǝkuk [dorsen] (Achel), bǫŋǝndǝkuk [dorsen] (Neerpelt  [(alle dorsers tegelijk)]  ), goed doordorsen: gu dōrdøsǝ (Berverlo), in de slag blijven: ęn dǝ slax blɛ̄vǝ (Kiewit), koek dorsen: kōk [dorsen] (Velden  [(alle dorsers tegelijk)]  ), koek slaan: kok slǫǝn (Helchteren  [(alle dorsers tegelijk)]  ), luiden: luu̯ǝ (Ransdaal), maat houden: mǭt hau̯tǝ (Munstergeleen), op maat slaan: ǫp mōǝ̄t slø̜.n (Godschei), op slag slaan: ǫp slax slǫan (Gingelom), schoon dorsen: šxun dǫsn (Zonhoven), slaghouden: sla.̄xhǭi.̯ǝ (Kinrooi), slagā (Gingelom, ... ), slagān (Binderveld, ... ), slaxhaldǝ (Blitterswijck, ... ), slaxhau̯tǝ (Berg, ... ), slaxhau̯ǝn (Heppen, ... ), slaxhu (Rummen), slaxhā (Buvingen, ... ), slaxhāldǝ (America, ... ), slaxhān (Aalst, ... ), slaxhāǝ (Donk, ... ), slaxhē̜ǝn (Kwaadmechelen), slaxhē̜ǝvǝ (Tessenderlo), slaxhōǝ (Loksbergen), slaxhǫu̯ǝ(n) (Kerkhoven, ... ), slaxhǭn (Zelem), slaxhǭǝ (Halen, ... ), slā.gau̯ǝ (Boorsem, ... ), slā.gā (Ordingen), slā.xau̯ǝ (Elen, ... ), slā.xhau̯.ǝ (Beek, ... ), slā.xhau̯ǝ(n) (Achel, ... ), slā.xhā (Berbroek, ... ), slā.xhā.gǝ (Godschei, ... ), slā.xhān (Linde, ... ), slā.xhāǝ (Schulen), slā.xhǭn (Koersel), slāxhaldǝ (Blerick, ... ), slāxhǭi̯ǝ (Baarlo, ... ), slā.xhōn (Lummen), slā.xhɛ̄.n (Eksel, ... ), slāxhōn (Beringen, ... ), slǭxhau̯.ǝ (Gellik), šla.̄xhǭi.̯ǝ (Boukoul, ... ), šlaxhǭtǝ (Bocholtz, ... ), šlaxhǭǝ (Helden), šlā.xhō.ǝ (Panningen), šlāxhaldǝ (Tegelen), šlāxhau̯ǝ (Bocholtz, ... ), šlāxhōtǝ (Ubachsberg), šlāxhǭi̯ǝ (Baarlo, ... ), šlǭ.xhau̯.ǝ (Kanne, ... ), šlǭ.xhā (Borgloon, ... ), šlǭ.xhā.gǝ (Berlingen, ... ), šlǭ.xhān (Berverlo, ... ), šlǭ.xhātǝ (Berg, ... ), šlǭ.xhāǝ (Alken, ... ), šlǭ.xhō.tǝ (Sluizen), šlǭ.xhōǝ (Diets-Heur, ... ), šlǭ.xhǫu̯gǝ (Koninksem, ... ), šlǭ.xhɛ̄gǝ (Wellen), šlǭ.xhɛ̄ǝ (Kozen), šlǭxhau̯ǝ (Gronsveld, ... ), šlǭxhā (Stevoort), trompen: trumpǝ (Schimmert), z'n slag houden: zǝnǝ slax ān (Sint-Truiden) Wanneer men met meer dan één man dorst, moet men goed de maat houden; zie ook de algemene toelichting bij deze paragraaf. In dit lemma staan de benamingen voor dit houden van de juiste maat bijeen. De uitdrukking boekweit dorsen, of beter: boekweitkoek dorsen of - slaan (en heteroniemen, zie het lemma ''boekweit'', 1.2.10) betekent doorgaans: "ritmisch, op maat dorsen"; de term is een onomatopee. Soms ook betekent de uitdrukking dat alle dorsers tegelijk slaan ten teken dat het dorsen klaar is. In L 326 merkt de zegsman opdat deze uitdrukking "verkeerd dorsen" betekent. Trompen is wel de benaming voor het ritmisch luiden van de kerkklok; vergelijk ook het type luiden zelf. Voor de fonetische documentatie van het woord [dorsen], zie het lemma ''dorsen'' (6.1.1).' [N 14, 12 en 14b; JG 1a, 1b; monogr.] I-4