id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
27564 | mijnhoer | kuilhoer: kulhōr (Geleen [(Maurits)] , ... [Domaniale] [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]) | Scheldnaam voor iemand die een wit voetje bij de opzichter wilde halen om zodoende zo vaak mogelijk ''s zaterdags en ''s zondags te kunnen werken. Dus iemand die met de mijn getrouwd was. Ook wel iemand die buiten het bedrijf teveel over zijn werk sprak. [N 95, 67 add.; monogr.] II-5 |