30060 |
paalfundering |
fondament op palen:
fundamɛnt˱ op pø̜̄l (Q121c Bleijerheide),
fǫdǝmęnt˱ ǫp pø̜̄l (Q013p Uikhoven),
fondament op pijlers:
fǫndamɛnt˱ op pęjlǝrs (L364p Meeuwen),
fondamenten op pijlers:
fǫ̃damɛntǝ ǫp pē̜lǝrs (P176p Sint-Truiden),
fondatie op palen:
fondǭsi up pǭlǝ (K353p Tessenderlo),
fundering op palen:
føndēreŋ ǫp pø̜̄ǝl (Q039p Hoensbroek),
heifundering:
hɛjføndēreŋ (Q019p Beek, ...
Q111p Klimmen,
L382p Montfort,
Q097p Ulestraten),
heiwerk:
hęjwęrǝk (Q202p Eys),
hęjwɛrǝk (L360p Bree),
hɛjwęrǝk (Q019p Beek, ...
L321p Neeritter,
Q097p Ulestraten),
houten fundament:
hǫwtǝ føndǝment (Q095a Oud-Caberg),
paalfondament:
pǭlfondǝmę ̞nt (L210p Venray),
paalfondering:
pǭlfǫndēreŋ (Q113p Heerlen, ...
L289b Leuken,
L289p Weert),
paalfundering:
pǭlføndēreŋ (Q095p Maastricht),
pǭlføndē̜reŋ (L316a Lozen),
palenfundatie:
pǭlǝføndǭsi (K353p Tessenderlo),
palenfundering:
pø̜̄lføndēreŋ (L270p Tegelen),
pǭlǝføndēreŋ (L432p Susteren)
|
Fundering waarbij het metselwerk steunt op houten platen en kespen die door ingeheide palen gedragen worden. Onder 'kespen' verstaat men oplegstukken die dwarsliggend op de koppen van de heipalen bevestigd zijn. Zij dragen de vloer waarop gemetseld wordt. Een fundering op palen wordt toegepast, wanneer de vaste grondslag voor het bouwwerk op grotere diepte dan 4 m beneden het maaiveld ligt. Uit de opmerkingen van de invullers uit L 210, L 320a, L 330, Q 99*, Q 113, Q 193 en Q 194 bleek, dat de paalfundering in met name Nederlands Limburg niet gebruikelijk was. [N 31, 4a]
II-9
|