26528 |
pashamer |
hamel:
hāmǝl (P051p Lummen),
hamer:
hamer (Q113p Heerlen, ...
L321p Neeritter,
L318p Stramproy),
hanghamer:
hanghamer (L210p Venray),
houten hamer:
houten hamer (L374p Thorn),
ijzeren hamer:
izǝrǝ hāmǝr (L316p Kaulille),
moker:
moker (L250p Arcen, ...
L192p Bergen,
L163p Ottersum,
L268p Velden),
molenhamel:
mø̄lǝnhāmǝl (Q071p Diepenbeek),
muurhamer:
mōrhāmǝr (L292p Heythuysen),
pashamel:
pashāmǝl (L292a Maxet),
pashamer:
pashamer (L289p Weert),
pashāmǝr (L211p Leunen),
spie-/spijhamer:
spijhāmǝr (L313p Sint Huibrechts Lille),
vonderhamel:
vǫndǝrhāmǝl (P046p Linkhout),
vǫnǝrhāmǝl (P051p Lummen),
vǫnǝrhǭmǝl (Q071p Diepenbeek),
vonderhamer:
vonderhamer (L216p Oirlo),
vǫndǝrhamǝr (L265p Meijel),
voorhamer:
vø̄rhāmǝr (L355p Peer),
vuisthamer:
vuisthamer (L300p Beesel, ...
L326p Grathem,
L425p Grevenbicht / Papenhoven,
L292p Heythuysen,
L267p Maasbree,
Q036p Nuth),
vūshāmǝr (Q020p Sittard),
vūsthāmǝr (L325p Horn),
vuistje:
vyšǝ (L286p Hamont)
|
De houten of ijzeren hamer waarmee de paswiggen worden vastgezet. In dit lemma is een onderverdeling gemaakt in a) de hamers die specifiek voor het vastzetten van de paswiggen worden gebruikt, en b) hamers die ook bij andere ambachten gangbaar zijn. Zie ook de toelichting bij het lemma ɛpaswiggenɛ.' [N O, 23m; A 42A, 29; Vds 235]
II-3
|