| 30313 |
raamvleugel |
draaivenster:
drɛjvenstǝr (L377p Maasbracht),
draaivleugel:
driǝnvlyǝjǝl (Q121c Bleijerheide),
half venster:
hawf ˲venstǝr (Q222p Vaals
[(vleugel van een tweevleugelraam met bovenlicht)]
),
halve raam:
halvǝ rām (L163p Ottersum),
raam:
rām (L295p Baarlo, ...
L300p Beesel,
L246p Horst,
L269a Hout-Blerick,
L364p Meeuwen,
L387p Posterholt,
L318p Stramproy,
L318b Tungelroy,
L268p Velden,
L271p Venlo),
rōm (L286p Hamont),
raampje:
rē̜mkǝ (L360p Bree, ...
L291p Helden,
L271p Venlo),
raamvleugel:
rāmvlø̄gǝl (L318b Tungelroy),
ruit:
rūt (Q097p Ulestraten),
ruitje:
rȳtjǝ (L250p Arcen, ...
L217p Meerlo),
schuifje:
sxøfkǝ (Q002p Hasselt),
schuifvenster:
šȳf˲venstǝr (Q202p Eys),
slag:
slāx (L381p Echt, ...
L382p Montfort),
venster:
venstǝr (L300p Beesel, ...
L317p Bocholt,
L360p Bree,
Q021p Geleen,
Q203p Gulpen,
L413p Helchteren,
Q197p Noorbeek,
Q118p Schaesberg,
Q097p Ulestraten,
Q166p Vechmaal,
Q075p Vliermaalroot),
vēnstǝr (Q003p Genk),
vē̜nstǝr (K314p Kwaadmechelen),
vęnstǝr (P218p Borlo, ...
L352p Hechtel,
K317p Leopoldsburg,
L364p Meeuwen),
vensterkop:
venstǝrkǫp (P176p Sint-Truiden),
vensterraampje:
venstǝrrē̜mkǝ (L319p Molenbeersel),
vensterslag:
venstǝršlāx (Q111p Klimmen),
venstervleugel:
venstǝrvlø̄gǝl (K361p Zolder),
venstǝrvlēgǝl (L417p As),
vleugel:
vliǝgǝl (Q003a Oud-Waterschei),
vløgǝl (K361p Zolder),
vlø̄gǝl (L286p Hamont, ...
L246p Horst,
L387p Posterholt,
Q015p Stein,
K353p Tessenderlo)
|
Het draaiend deel van een raam. In L 270 bestond in oudere huizen een raam uit twee gedeelten. Het bovenstuk van zo'n raam kon naar binnen worden opengeklapt. Men noemde dit het 'bovenlicht' ('bǭvǝlēx'). Zie ook het lemma 'Bovenlicht'. [N 55, 40b; A 46, 10b; monogr.]
II-9
|