e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rondploegen bouwen met een brabander: bǫu̯ǝ met˱ ǝnǝn˱ brǭbɛ ̝ndǝr (Lottum), in de ronde varen: in dǝ rø̜ndǝ vǭǝrǝ (Rijckholt), met de rondgaande ploeg bouwen: met ˲dǝ rõnt˲gandǝ plōx˱ bǫu̯ǝ (Horst), met een omganger bouwen: met˱ ęnǝn ømgɛ ̝ŋǝr bǫu̯ǝ (Aijen), omgaand bouwen: ømgó̜nt˱ bǫu̯ǝ (Merselo), rondakkeren: rõ̜.nt˱ákǝrǝ (Gelinden), rondbouwen: ro.nt˱bǫu̯ǝ (Horst), ro.ŋk(t)˱bǫu̯ǝ (Kronenberg), rõnt˱bǫu̯ǝ (Heijen, ... ), rondploegen: ront[ploegen] (Weert), roŋk[ploegen] (Bocholtz), rõ.nt[ploegen] (Cadier, ... ), rondrijden: rǫ.ntrę̄ǝ (Schulen), rǫntrę̄ǝ (Zelem), rondvaren: ro.nt˲vǭ.rǝ (Diets-Heur, ... ), ro.ŋk˲vãrǝ (Simpelveld  [(met brabander)]  ), ronjtj˲vãrǝ (Heythuysen, ... ), rõ.nt˲vã.rǝ (Tongerlo), rōnt˲vǭǝrǝ (Rijckholt), rǫ.nt˲vǭ.rǝ (Berg, ... ) Met rondploegen, dat met een enkele, dus niet-wentelbare ploeg gedaan werd, kan vooreerst alleen de ploegwijze worden bedoeld, waarbij men zonder keerstrook het ene jaar midden op de akker begint en in de rondte gaat tot men de zijden van de akker bereikt heeft, en het andere jaar weer in de rondte andersom ploegt. Maar verder kan men onder rondploegen ook het bijeen- en het uiteenploegen tezamen verstaan; hierbij wordt de rondte gevormd door de beide voren die men telkens (op- of af-)ploegt en de sleepgang van de ploeg over de beide keerstroken. Voor de specifieke termen zie men de beide voorafgaande lemmata. [N 11, 48add.;N 11A, 118; JG 1a + 1b add.; A 33, 1 add.] I-1