30030 |
roosterschuif |
kalkschuif:
kalǝksxø̜jf (P051p Lummen),
kalǝkšȳf (Q202p Eys, ...
Q113p Heerlen,
Q099q Rothem,
Q030p Schinveld,
Q020p Sittard),
kalǝkšø̜jf (Q095p Maastricht),
lesschuif:
lɛssxø̜jf (L315p Kleine-Brogel),
roosterschuif:
rø̄ǝstǝršȳf (Q022p Munstergeleen),
schuif:
sxȳf (L289b Leuken, ...
L210p Venray,
L289p Weert),
sxȳjf (L282p Achel),
sxøf (L316p Kaulille),
sxøjf (P120p Alken),
sxø̄f (Q104a Limmel),
sxø̜̄f (P176b Bevingen, ...
P176p Sint-Truiden),
sxø̜̄jf (K278p Lommel),
sxø̜jf (P177p Zepperen),
sxęjf (P057p Kuringen),
sxǫwǝf (K353p Tessenderlo),
šyǝf (Q222p Vaals),
šȳf (L269p Blerick, ...
L431p Dieteren,
L320a Ell,
L330p Herten,
L292p Heythuysen,
Q121p Kerkrade,
Q111p Klimmen,
L265p Meijel,
L321p Neeritter,
Q012p Rekem,
Q035a Rumpen,
Q098p Schimmert,
L432p Susteren,
L270p Tegelen,
L318b Tungelroy),
šø̜jf (Q198p Eijsden, ...
Q193p Gronsveld,
Q187a Heugem,
Q198a Mesch,
Q194p Rijckholt),
šājf (Q083p Bilzen),
šęjf (Q003p Genk),
šīf (L364p Meeuwen, ...
L416p Opglabbeek),
šǫwf (Q097p Ulestraten),
%%het vocalisme in de volgende opgaven heeft geen umlaut: vergelijk het Rijnlandse Schaube ø̄Schieberiegel of Schieberø̄%%
šūf (L291p Helden, ...
L290p Panningen,
L270p Tegelen),
schuiver:
sxø̜̄vǝr (P176p Sint-Truiden),
sluis:
slūs (L372p Maaseik)
|
De schuif waarmee de uitstroomopening van de blusbak kan worden afgesloten. Voor de schuif bevindt zich doorgaans een rooster waarmee ongebluste deeltjes in de kalk kunnen worden opgevangen. Dergelijke harde stukjes werden in Q 121 'mannetjeren' ('m'nšǝrǝ') genoemd. [N 30, 32d; monogr.]
II-9
|