30839 |
schimmelen |
beschimmelen:
bǝšømǝlǝ (Q253p Montzen),
schimmelen:
sximǝlǝn (K278p Lommel),
sxymǝlǝ (L163a Milsbeek),
sxømǝlǝ (L421p Dilsen, ...
L267p Maasbree),
šemǝlǝ (L265p Meijel),
šømǝlǝ (Q121c Bleijerheide, ...
Q071p Diepenbeek,
Q027p Doenrade),
uitslaan:
ūsšloa (Q121c Bleijerheide),
ūtšlō (Q112a Heerlerheide),
zegt:
ǝt slex awt (Q083p Bilzen)
|
Met schimmel bedekt raken, beschimmelen, gezegd van het vetleer. "Leder, in vochtige plaatsen opgestapeld, is blootgesteld aan beschimmeling, die het weefsel soms volledig vernietigt, gemakkelijk doet scheuren en breken. Om de schimmel van bovenleder te verwijderen, dient men het aan de lucht bloot te stellen; indien de slechte weersgesteldheid zulks niet toelaat, moet men het leder in verwarmde plaatsen onderbrengen, om het aldus te drogen." (Aras II, pag. 122-123). [N 60, 12]
II-10
|