id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
25800 | schuimdek | deklaag: deklaag (Arcen), het krollen: t krǫlǝ (Horn), kruizen: krø̜jsǝ (Maastricht), krø̜jzǝn (Arcen), krø̜zje (Schinnen), schuim: skām (Kerkom), sxom (Wellen), sxø̜̄m (Alken), šūm (Posterholt), schuimsel: sxȳmsǝl (Weert) | De laag schuim die zich vormt op de gistende wort. [N 35, 71] II-2 |