31713 |
schulpen |
doorzagen:
dø̄zǭgǝ (K317p Leopoldsburg),
dø̜rzāgǝ (L163p Ottersum),
in de lange weg zegen:
en dǝ laŋǝ wē̜x ˲zē̜gǝ (L330p Herten),
in de lengte zegen:
en dǝ lɛŋtǝ zēgǝ (Q071p Diepenbeek),
kwartieren:
kǝrtērǝ (L424p Meeswijk, ...
Q101p Valkenburg),
kwartierzegen:
kwartēr zē̜gǝ (Q032p Schinnen, ...
Q015p Stein),
lengtezegen:
leŋdjǝzē̜gǝ (L330p Herten),
scherpen:
sxę.rǝpǝ (Q002p Hasselt),
šerpǝ (Q018p Geulle
[(met de spanzaag)]
, ...
Q204a Mechelen,
Q020p Sittard
[(met de raamzaag)]
),
šerǝpǝ (Q015p Stein),
šęrpǝ (Q083p Bilzen, ...
Q101p Valkenburg),
schulpen:
sxølpǝ (K317p Leopoldsburg),
sxø̜lpǝ (L271p Venlo),
šølpǝ (L328p Heel, ...
L387p Posterholt,
L299p Reuver,
L385p Sint Odilienberg),
šø̄ǝlpǝ (Q193p Gronsveld),
šø̜lpǝ (L270p Tegelen),
schurpen:
sxørǝpǝ (K353p Tessenderlo),
šørǝpǝ (Q162p Tongeren),
uitscherpen:
ūtšerpǝ (L421p Dilsen, ...
Q033p Oirsbeek),
van lengte zegen:
van lęŋtǝ zē̜gǝ (L421p Dilsen)
|
In het algemeen hout, en meer in het bijzonder een boom in de lengterichting doorzagen. Bij het kwartierzagen of kwartieren wordt de boomstam eerst in de lengte in vier stukken gezaagd. Vervolgens wordt dit kwart van de boomstam haaks op de jaarringen verder in delen gezaagd. Hout dat zo was gezaagd was, werd in (Q 71) kwartierhout (kǝtīrhōt) genoemd. Voordeel van kwartiergezaagd hout is dat dit vrijwel niet krom kan trekken. Het wordt dan ook bij voorkeur gebruikt bij het maken van meubels. Zie ook afb. 10. Voordat een boomstam door middel van een kraanzaag in delen wordt gezaagd, worden eerst met behulp van een smetlijn de zaaglijnen afgetekend. Zie ook de lemmata ɛsmettenɛ, ɛsmetlijnɛ en ɛsmetterɛ in de paragraaf over het meetgereedschap van de timmerman (pag. ).' [N 50, 43a; N 50, 52a; N 53, 21c; N 53, 22; monogr.]
II-12
|