e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
soevereinboor chanfreinboor: safrē̜nbǫwǝr (Tessenderlo), safrǭnbōǝr (Meeswijk), frees: frē̜ǝs (Niel-Bij-Sint-Truiden), freeskop: frē̜skǫp (Sint Odilienberg), koffiemolen: kofimø̄lǝ (Stein), kroeskop: kruskǫp (Echt, ... ), krūskǫp (Neer), kroezelkop: kruzǝlkǫp (Maastricht), soeverein: sufręjn (Leopoldsburg), soevereinboor: suvręjnbǭr (Herten), suvǝręjnbǫwr (Bevingen), verzinkboor: vǝrzeŋk˱bōr (Dilsen, ... ), vǝrzeŋk˱būǝr (Heel), vǝrzeŋk˱bǭ.r (Tegelen), vǝrzeŋk˱bǭr (Groot Genhout, ... ), vǝrzēŋk˱būr (Gronsveld), vǝrzęŋk˱buǝr (Bilzen), vǝrzęŋk˱bōr (Kinrooi), vǝrzęŋk˱bǭr (Buchten, ... ), vǝrzɛŋk˱bōr (Eygelshoven), vǝrzɛŋk˱bǫar (Bleijerheide), vǝrzɛŋk˱bǭ.r (Tegelen), vǝrzɛŋk˱bǭr (Stein) Boorijzer voor hout waarvan het snijvlak kegelvormig is en voorzien is van verschillende inkervingen. Bij oudere soevereinboren is het boorijzer plat en onderaan spits uitlopend. De soevereinboor wordt gebruikt om de bovenrand van geboorde gaten kegelvormig af te schuinen. Op deze wijze kan bijvoorbeeld de kop van een schroef verzonken in het hout worden aangebracht. Zie ook afb. 76 en het lemma ɛsoevereinboor, verzinkboorɛ in Wld II.11, pag. 78-79. Het betreft daar een vergelijkbaar type boorijzer voor metaal.' [N 53, 166; N G, 31e; monogr.] II-12