26273 |
staven |
ijzeren bouten:
ęǝzǝrǝ bǭtǝ (P056p Stokrooie),
ijzeren speken:
ęǝzǝrǝ spęjkǝ (Q074p Kortessem),
ijzeren spillen:
ęǝzǝrǝ spelǝ (P051p Lummen),
ijzeren sponnen:
ęǝzǝrǝ spǫnǝ (Q074p Kortessem),
pinnen:
penǝ (L416p Opglabbeek
[(enkelvoud: pen)]
),
spillen:
spelǝ (P053p Berbroek, ...
Q071p Diepenbeek,
P057p Kuringen,
P056p Stokrooie,
K353p Tessenderlo,
Q075p Vliermaalroot),
spillen (P057p Kuringen, ...
P046p Linkhout,
P051p Lummen,
K357p Paal),
staven:
staven (L250p Arcen, ...
L327p Beegden,
L300p Beesel,
L192p Bergen,
L214a Geysteren,
L326p Grathem,
L328p Heel,
L165p Heijen,
L291p Helden,
L292p Heythuysen,
L369p Kinrooi,
L267p Maasbree,
L319p Molenbeersel,
L288p Nederweert,
L216p Oirlo,
L381b Peij,
L318p Stramproy,
L268p Velden,
L210p Venray,
L213p Well,
L375p Wessem),
stāvǝ (L353p Eksel, ...
L286p Hamont,
L246p Horst,
L288b Laar,
L211p Leunen,
L292a Maxet,
L265p Meijel,
L209p Merselo,
L245p Meterik,
L355p Peer,
L313p Sint Huibrechts Lille,
L246a Swolgen,
L289p Weert),
stęǝf (L319p Molenbeersel),
stę̄.f (L321p Neeritter, ...
L318p Stramproy),
stę̄f (L320a Ell, ...
L318a Keent,
L372p Maaseik
[(id)]
,
L368p Neeroeteren,
L374p Thorn,
L289p Weert),
stę̄v (L321a Ittervoort, ...
L368p Neeroeteren
[(id)]
,
L362p Opitter
[(id)]
,
L415p Opoeteren
[(id)]
),
stǭ.vǝ (Q240p Lauw, ...
Q162p Tongeren),
stɛ̄f (L316p Kaulille),
štāvǝ (L265c Beringe),
štēf (L432p Susteren),
štę̄f (L430p Einighausen, ...
L330p Herten,
Q099q Rothem
[(enkelvoud: štāf)]
),
štę̄vǝ (Q113p Heerlen),
štɛ̄f (Q112p Voerendaal)
|
De spijlen van het rondsel of van de wieg in zowel de water- als de windmolen. Zie ook afb. 58. In de meeste watermolens uit het onderzoeksgebied was het rondsel vervangen door een, vaak metalen, kamrad. De benamingen voor de kammen van dit soort raderen zijn geplaatst in het lemma ɛkammenɛ.' [N O, 14b; N O, 50f; Vds 92; Jan 103; Coe 83]
II-3
|