30018 |
stelling |
bok:
bok (Q072p Beverst, ...
Q011p Boorsem,
L360p Bree,
Q198p Eijsden,
L320a Ell,
Q193p Gronsveld,
L316p Kaulille,
Q121p Kerkrade,
Q111p Klimmen,
K278p Lommel,
Q095p Maastricht,
L321p Neeritter,
Q197p Noorbeek,
L427p Obbicht,
Q012p Rekem,
Q194p Rijckholt,
Q099q Rothem,
Q035a Rumpen,
Q197a Terlinden,
L318b Tungelroy,
Q112b Ubachsberg,
L289p Weert),
buk (L330p Herten, ...
L292p Heythuysen),
bǫk (Q083p Bilzen),
brikkenbok:
brekǝbok (Q022p Munstergeleen),
draagbok:
drāx˱bok (L316p Kaulille),
drie-/drijpikkel:
dripekǝl (L416p Opglabbeek),
dręjpekǝl (Q071p Diepenbeek, ...
Q003p Genk,
P176p Sint-Truiden),
drie-/drijpoot:
dripwǫt (Q099q Rothem),
dripū.ǝt (Q028p Jabeek),
dripūat (L320c Haler),
dripūǝt (L210p Venray),
drēpōt (L297p Belfeld),
dręjput (Q198a Mesch),
drīpuǝt (Q111p Klimmen),
drɛjpuǝt (Q121p Kerkrade),
drijvoet:
drajvut (Q180p Mal),
ezel:
iǝzǝl (Q180p Mal, ...
L364p Meeuwen),
jē̜zǝl (Q077p Hoeselt),
ējzǝl (Q072p Beverst),
ēzǝl (L282p Achel, ...
K318p Berverlo,
K359p Koersel,
P051p Lummen,
L267p Maasbree,
P056p Stokrooie,
K353p Tessenderlo,
Q013p Uikhoven,
P177p Zepperen),
ē̜zǝl (Q203p Gulpen),
ęjzǝl (P120p Alken, ...
P176b Bevingen,
P176p Sint-Truiden),
ęjǝzǝl (Q078p Wellen),
īzǝl (Q004p Gelieren Bret),
juk:
jøk (Q020p Sittard),
kalkbok:
kalǝk˱bok (Q113p Heerlen, ...
Q187a Heugem,
Q104a Limmel,
L265p Meijel,
L289p Weert),
kalǝk˱buk (L291p Helden, ...
L270p Tegelen),
kalkschraag:
kalǝkšrāx (Q121p Kerkrade, ...
Q222p Vaals),
knaap:
knāp (P120p Alken, ...
P057p Kuringen),
metselaarsknaap:
mętsǝlē̜rsknāp (Q015p Stein),
mortelezel:
mǫrtǝlēzǝl (L414p Houthalen),
mortelknaap:
mortǝlknǭp (Q001p Zonhoven),
mortiebok:
mǫrtibǫk (Q077p Hoeselt),
pikkel:
pekǝl (K359p Koersel, ...
Q180p Mal),
pikǝl (K318p Berverlo, ...
K357p Paal),
schraag:
šrāx (Q121c Bleijerheide, ...
Q202p Eys,
Q121p Kerkrade,
Q117a Waubach),
speciebok:
spēsibok (Q095p Maastricht),
speciestander:
spēsistandǝr (L209p Merselo),
spijsbok:
[spijs]˱bok (L431p Dieteren, ...
Q018p Geulle,
L382p Montfort,
L427p Obbicht,
L163p Ottersum,
Q030p Schinveld,
Q020p Sittard,
Q015p Stein,
L432p Susteren,
Q097p Ulestraten,
Q117a Waubach),
[spijs]˱buk (L290p Panningen, ...
L270p Tegelen),
[spijs]˱bǫk (Q019p Beek),
steenschraag:
štēšrāx (Q121p Kerkrade),
stelling:
stęleŋ (L159a Middelaar),
štęleŋ (Q020p Sittard),
stenenbok:
štęj(n)bok (Q111p Klimmen),
trogstender:
trǭxštɛndǝr (Q121p Kerkrade)
|
Doorgaans uit drie poten opgebouwde stellage waar de mortelbak tijdens het vullen op wordt geplaatst. De stelling wordt ook gebruikt bij het beladen van het steenbord. Zie ook afb. 23. Met de termen 'bok' of 'schraag' duidde men in Q 121 een houten schraag met uitstekende dwarsplanken aan. Op de planken werden op heuphoogte van de metselaar de mortel en de stenen gedeponeerd zodat deze zich niet te diep hoefde te bukken. Zie voor de fonetische documentatie van de woorddelen '(mortel)-', '(spijs)-' etc. het lemma 'Mortel'. [N 30, 45c; monogr.; div.]
II-9
|