31286 |
stuikblok |
blok ijzer:
blǫk˱ ęjzǝr (Q083p Bilzen),
pilonblok:
pelōn˱blǫk (P176b Bevingen),
stootblok:
štū.t˱blok (L330p Herten),
stuikblok:
stuk˱blǫk (L165p Heijen, ...
Q095p Maastricht,
L217p Meerlo,
L159a Middelaar,
L382p Montfort,
L216a Oostrum,
L192a Siebengewald,
L271p Venlo,
L213p Well),
stǫwǝk˱blǫk (K353p Tessenderlo),
štuk˱blǫk (L291p Helden, ...
Q111p Klimmen,
L290p Panningen,
L299p Reuver,
Q116p Simpelveld),
stuikijzer:
stāk˱ęjzǝr (P176b Bevingen),
stuikplaat:
stukplāt (L321p Neeritter),
štukplāt (Q099q Rothem),
stuitblok:
štøjt˱blǫk (L299p Reuver)
|
Een zwaar stuk gietijzer of een oud aambeeld dat in de grond verzonken is en waar men zware werkstukken op laat vallen om ze te stuiken. Zie ook het lemma "stuikblok van het aambeeld". [N 33, 285]
II-11
|