30057 |
trapfundering |
fondament met trappen:
fǫdǝment męt trapǝ (Q090p Mopertingen),
fondament met versnijding:
fǫdǝment męt ˲vǝršnijeŋ (Q099q Rothem),
fǫndǝmɛnt męt ˲vǝrsnijeŋ (L289p Weert),
fondament van brikken:
fǫdǝmɛnt ˲van brekǝ (Q083p Bilzen),
fondament van steen:
fǫdǝmɛnt ˲van stēn (Q083p Bilzen),
fondering met versnijding:
fǫndēreŋ met ˲vǝršnijeŋ (Q113p Heerlen),
fundering met versnijding:
føndēreŋ met ˲vǝrsnijeŋ (L382p Montfort),
funderingsmetselwerk:
føndiǝreŋsmɛtsǝlwɛrk (Q083p Bilzen),
gesneden fundering:
gǝšnɛjǝ føndēreŋ (L330p Herten),
metselfundering:
mɛtsǝlføndēreŋ (Q039p Hoensbroek),
pilaster:
plastǝr (L364p Meeuwen),
trapfondament:
trapfundamɛnt (Q121c Bleijerheide),
trapfǫlǝmɛnt (K278p Lommel),
trapfundament:
trapføndǝmɛnt (Q028p Jabeek),
trapfundering:
trapføndēreŋ (L321p Neeritter),
trapjesfondament:
trɛpkǝsfondament (Q095p Maastricht),
traps fundament:
traps føndamɛnt (L270p Tegelen),
trapsgewijs metselwerk:
traps˲gǝwē̜s mɛtsǝlwɛrǝk (K353p Tessenderlo),
trapsgewijs verspringende fundatie:
traps˲gǝwīs ˲vǝršpreŋǝndǝ fǫndāsi (Q111p Klimmen),
versneden fondament:
vǝrsnējǝn fǫndamɛnt (L211p Leunen),
versneden fundament:
vǝrsni.jǝ føndǝmɛnt (L289p Weert),
versneden fundering:
vǝršnęjǝ føndēreŋ (Q113p Heerlen),
versnijdsfundering:
vǝršnijtsføndēreŋ (Q111p Klimmen),
verspringend fundament:
vǝrspreŋǝnt føndamɛnt (L270p Tegelen),
vǝršpręŋǝnt føndamɛnt (L432p Susteren),
verspringende fundering:
vǝršpreŋǝndǝ føndēreŋ (Q097p Ulestraten),
voetfundament:
vōtføndamēnt (Q198a Mesch)
|
Gemetselde fundering die met versnedingen naar boven toe steeds smaller wordt. Doorgaans wordt het metselwerk daartoe om de twee lagen aan weerskanten met een klezoor verminderd. Als basis voor dit soort funderingen wordt gebruikt gemaakt van een 'vlijlaag', een laag metselstenen op hun plat die in een zandlaag worden gelegd, of van een 'straatlaag', een laag metselstenen die op hun kant in een zandlaag rusten. Zie ook afb. 25a. [N 31, 2a]
II-9
|