32633 |
wentelploeg |
akkerploeg:
akǝr[ploeg] (Q019p Beek, ...
Q192p Margraten,
Q204a Mechelen
[(om de zaaivoor te ploegen)]
,
L382p Montfort
[(ijzeren wentelploeg met voorkar)]
,
Q033p Oirsbeek
[(om diep te ploegen)]
,
Q162p Tongeren
[(om diep te ploegen)]
),
brabander:
brabandǝr (P045p Meldert),
brãbándǝr (K353p Tessenderlo),
brobandǝr (P050p Herk-de-Stad, ...
Q012p Rekem,
P044p Zelem),
bru ̞ǝbándǝr (P051p Lummen),
bruǝbɛndǝr (P051p Lummen),
brø̜ban(d)ǝr (P045p Meldert),
brø̜bándǝr (K357p Paal),
brābanǝr (K357p Paal),
brǫbandǝr (P115p Duras, ...
P047p Loksbergen),
brǫbɛ ̝ndǝr (L216p Oirlo
[(wentelploeg met één voorwiel - was ter plaatse echter niet in gebruik)]
),
brǫbɛndǝr (P046p Linkhout),
brǭbandǝr (K318p Berverlo, ...
P049p Donk,
P048p Halen,
K314p Kwaadmechelen),
brǭbándǝr (K315p Oostham),
brǭbɛndǝr (Q198b Oost-Maarland),
br˙ǫbɛndǝr (Q247p Sint-Martens-Voeren
[(moderne brabantse wentelploeg)]
, ...
Q247a Sint-Pieters-Voeren
[(moderne brabantse wentelploeg)]
),
br˙ǭbɛndǝr (Q200p s-Gravenvoeren
[(moderne brabantse wentelploeg)]
),
brabantse ploeg:
brabantse ploeg (Q077p Hoeselt, ...
L416p Opglabbeek,
Q154p Sint-Huibrechts-Hern),
brābantsǝ [ploeg] (Q002p Hasselt),
brǭbǝnsǝ [ploeg] (Q162p Tongeren
[(minder gebruikelijk dan franse ploeg)]
),
diepe ploeg:
dēpǝ [ploeg] (Q095p Maastricht
[(om de zaaivoor te ploegen)]
),
dīpǝ [ploeg] (L192b Aijen, ...
L163p Ottersum
[(voor het ploegen van de zaaivoor)]
),
dobbele brabander:
dǫbǝlǝ [brabander] (Q191p Cadier
[(wentelploeg met één voorwiel)]
, ...
L248p Lottum
[(wentelploeg met één voorwiel)]
),
dobbele brabant:
dǫbǝlǝ brabã (Q188p Kanne),
dobbele melotte:
dǫbǝlǝ milǫt (Q192p Margraten),
dobbele melotteploeg:
dǫbǝl mǝlǫt[ploeg] (L414p Houthalen),
dobbele ploeg:
dǫbǝl [ploeg] (L417p As, ...
P053p Berbroek,
K358p Beringen,
K318p Berverlo,
L317p Bocholt,
Q011p Boorsem,
L421p Dilsen,
Q007p Eisden,
L419p Elen
[(minder gebruikelijk dan melotte)]
,
L356p Grote-Brogel
[(minder gebruikelijk dan melotteploeg)]
,
Q170p Grote-Spouwen,
K316p Heppen,
K360p Heusden,
L414p Houthalen,
K359p Koersel,
L422p Lanklaar,
Q006p Leut,
L355a Linde,
K278p Lommel,
Q009p Maasmechelen,
L424p Meeswijk,
L319p Molenbeersel,
L312p Neerpelt,
L418p Niel-bij-As,
K315p Oostham,
L416p Opglabbeek,
K357p Paal,
Q012p Rekem,
P052p Schulen,
L423p Stokkem,
K353p Tessenderlo,
Q013p Uikhoven,
Q008p Vucht),
dǫbǝlǝ [ploeg] (K361p Zolder),
draaier:
drɛi̯ǝr (L382p Montfort
[(zie draaiploeg)]
),
draaiploeg:
drɛi̯[ploeg] (L382p Montfort
[(ploeg met een houten ploegbalk en staart - zoals bij de brabantse ploeg - maar met een wentelbare dubbelschaar)]
),
dubbele ploeg:
døbǝl [ploeg] (K318p Berverlo, ...
L286p Hamont),
døbǝlǝ [ploeg] (Q072p Beverst),
engelse ploeg:
ęŋgǝlsǝ [ploeg] (P117p Nieuwerkerken),
ęŋǝlsǝ [ploeg] (P113p Binderveld, ...
P178p Brustem,
P115p Duras,
P173p Halmaal,
P118p Kozen,
P176a Melveren,
P177a Ordingen,
P176p Sint-Truiden,
P174p Velm,
P172p Wilderen),
franse ploeg:
fra.nsǝ [ploeg] (P053p Berbroek
[(minder gebruikelijk dan dobbele ploeg)]
, ...
Q072p Beverst,
Q083p Bilzen,
Q002c Bokrijk,
Q071p Diepenbeek,
Q087p Gellik,
Q003p Genk,
Q002a Godschei,
Q002p Hasselt,
Q081a Heesveld-Eik,
Q164p Heks,
Q088p Lanaken
[(minder gebruikelijk dan dobbele ploeg)]
,
Q082p Munsterbilzen,
Q096c Neerharen,
L416p Opglabbeek,
Q010p Opgrimbie,
Q161p Piringen,
Q168a Rijkhoven,
P058p Stevoort,
Q162p Tongeren,
Q166p Vechmaal,
Q155p Werm,
Q094b Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler,
Q001p Zonhoven,
Q005p Zutendaal),
franse ploeg (P051a Bolderberg, ...
Q086p Eigenbilzen,
Q081p Schalkhoven,
P054p Spalbeek,
Q153a Zammelen),
frã.nsǝ [ploeg] (Q242p Diets-Heur, ...
Q170p Grote-Spouwen,
Q094p Hees,
Q158a Henis,
Q177p Millen,
Q090p Mopertingen,
Q096d Smeermaas,
Q091p Veldwezelt,
Q172p Vroenhoven,
Q084p Waltwilder),
frá.nsǝ [ploeg] (Q153p Gors-Opleeuw, ...
Q165p Hopmaal,
P055p Kermt,
P057p Kuringen,
Q076p Romershoven,
Q241p Rutten,
Q168p s-Herenelderen,
Q181p Sluizen,
P056p Stokrooie,
Q080p Vliermaal,
Q075p Vliermaalroot,
Q079a Wintershoven),
frá̄.nsǝ [ploeg] (Q001p Zonhoven),
frā.nsǝ [ploeg] (P120p Alken, ...
Q163p Berg,
P187p Berlingen,
Q160p Bommershoven,
Q156p Borgloon,
Q159p Broekom,
P184p Groot-Gelmen,
Q079p Guigoven,
P195p Gutschoven,
P197p Heers,
Q174p Herderen,
P188p Hoepertingen,
Q077p Hoeselt,
Q157p Jesseren,
Q152p Kerniel,
Q092p Kleine-Spouwen,
Q167p Koninksem,
P118b Kortenbos,
Q074p Kortessem,
P118p Kozen
[(minder gebruikelijk dan dobbele ploeg)]
,
Q240p Lauw,
Q089p Martenslinde,
Q169p Membruggen,
Q182p Nerem,
Q157a Overrepen,
Q175p Riemst,
Q093p Rosmeer,
Q154p Sint-Huibrechts-Hern,
P119p Sint-Lambrechts-Herk,
P121p Ulbeek,
Q178p Val-Meer,
Q171p Vlijtingen,
P192p Voort,
Q078p Wellen,
P118a Wijer,
Q073p Wimmertingen,
Q179p Zichen-Zussen-Bolder),
grote ploeg:
grōtǝ [ploeg] (L429p Guttecoven
[(om de akker - op de beginvoor en de eindvoor na - om te ploegen)]
),
kantelploeg:
kanjtjǝl[ploeg] (L321p Neeritter),
koningsploeg:
kø̄neŋs[ploeg] (L322p Haelen),
kuilekop:
kulǝkǫp (Q094b Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler
[(voetploeg met wentelschaar)]
),
lemken''sploeg:
lɛmkǝs[ploeg] (L192b Aijen, ...
L163p Ottersum),
melotte:
`mē̜lǫt (P219p Jeuk),
ma`lǫt (L324p Baexem, ...
L372p Maaseik,
Q014p Urmond),
melǫt (L369p Kinrooi),
mil`ǫt (L248p Lottum, ...
Q192p Margraten),
mē.lǫt (Q242p Diets-Heur
[(minder gebruikelijk dan franse ploeg)]
),
mǝlǫt (L250p Arcen, ...
L417p As,
L359p Beek,
Q019p Beek,
Q121c Bleijerheide,
L215p Blitterswijck,
Q011p Boorsem,
L421p Dilsen,
Q027p Doenrade,
L419p Elen,
L320a Ell,
L356p Grote-Brogel,
L366p Gruitrode,
Q113p Heerlen,
L413p Helchteren,
L292p Heythuysen,
L246p Horst,
L414p Houthalen,
L316p Kaulille,
L370p Kessenich,
Q111p Klimmen,
L422p Lanklaar,
L248p Lottum,
L372p Maaseik,
L364p Meeuwen,
L319p Molenbeersel,
Q022p Munstergeleen,
L321p Neeritter,
L368p Neeroeteren,
L418p Niel-bij-As,
Q117p Nieuwenhagen,
L322a Nunhem,
L216p Oirlo,
Q033p Oirsbeek,
L416p Opglabbeek,
L415p Opoeteren,
L163p Ottersum
[(ter plaatse niet gebruikelijk ploegtype)]
,
Q111q Ransdaal,
L420p Rotem,
Q118p Schaesberg,
L192a Siebengewald,
Q116p Simpelveld,
L423p Stokkem,
Q097p Ulestraten,
Q101p Valkenburg,
L365p Wijshagen),
mǝlǫtj (L371p Ophoven),
melotteploeg:
ma`lǫt[ploeg] (L192b Aijen),
mǝlǫt[ploeg] (L417p As, ...
L359p Beek,
L215p Blitterswijck,
L360p Bree,
Q007p Eisden,
L353p Eksel,
L419p Elen,
L363p Ellikom,
L214a Geysteren,
L356p Grote-Brogel,
L352p Hechtel,
L413p Helchteren,
L414p Houthalen,
L355a Linde,
L248p Lottum,
L372p Maaseik,
Q095p Maastricht,
L217p Meerlo,
L424p Meeswijk,
L364p Meeuwen,
L367p Neerglabbeek,
L368p Neeroeteren,
Q117p Nieuwenhagen,
L416p Opglabbeek,
Q010p Opgrimbie,
L362p Opitter,
Q032a Puth,
Q111q Ransdaal,
Q012p Rekem,
L358p Reppel,
Q116p Simpelveld,
L246a Swolgen,
L245b Tienray,
L361p Tongerlo,
L214p Wanssum,
L354p Wijchmaal),
mǝlǫtǝ[ploeg] (L317p Bocholt, ...
L265p Meijel),
omslager:
omslē̜gǝr (L322p Haelen
[(soort brabantse wentelploeg met ook boven een soort slof)]
),
onderwentelaar:
ōndǝrwē̜ntǝlǝr (L246p Horst
[(een oude houten ploeg met één voorwiel en van achteren een gebogen blad dat van onderen en van boven van een schaar was voorzien)]
),
ploeg:
plux (Q181p Sluizen),
ploeg met een molen op:
[ploeg] met˱ ǝnǝ myǝlǝ ǫp (Q192p Margraten
[(wentelploeg waarvan de met de voorkar verbonden ploegboom langs een schroef hoger of lager wordt gedraaid door middel van een zwengeltje)]
),
printz:
prens (L250p Arcen),
printz-patent:
pretspatɛ ̝nt (L248p Lottum),
prēns patē̜nt (L246p Horst),
printzploeg:
prens[ploeg] (L192b Aijen, ...
L163p Ottersum,
L192a Siebengewald),
sack's:
saks (L250p Arcen),
staartwentelaar:
stǝrtwɛntǝlē̜r (L424p Meeswijk
[(soort brabantse ploeg met twee boven elkaar geplaatste riesters die onder de ploegbalk door gekanteld worden)]
),
staartwentelploeg:
stɛrtwɛntǝl[ploeg] (L320a Ell),
tweeschalm met staart:
twīǝšalǝm męt start (L424p Meeswijk
[(zie staartwentelaar)]
),
veldkoning:
vē̜ltkø̄neŋ (L246p Horst),
vɛ.ltkø̄neŋ (L248p Lottum),
wendelaar:
wɛndǝlē̜r (Q098p Schimmert),
wendelploeg:
we.ndǝl[ploeg] (L282p Achel, ...
K358p Beringen,
L286p Hamont,
L413p Helchteren,
L355a Linde,
P051p Lummen,
L313p Sint Huibrechts Lille),
wenǝl[ploeg] (L414p Houthalen),
wę.ndǝl[ploeg] (L282p Achel, ...
K360p Heusden,
L315p Kleine-Brogel,
K359p Koersel,
L312p Neerpelt,
L314p Overpelt,
K361p Zolder),
wę.nǝl[ploeg] (L353p Eksel),
węndǝl[ploeg] (K318p Berverlo, ...
K317a Kerkhoven,
L115p Mook,
L163p Ottersum,
L192a Siebengewald),
węnjǝl[ploeg] (Q001p Zonhoven),
węnǝl[ploeg] (L417p As, ...
L414p Houthalen,
L416p Opglabbeek),
wɛ ̝ndǝl[ploeg] (L282p Achel
[(met twee onder de balk draaiende scharen)]
, ...
K358p Beringen,
L215p Blitterswijck,
Q113p Heerlen,
L246c Hegelsom,
L248p Lottum,
L246b Melderslo,
Q117p Nieuwenhagen,
L322a Nunhem,
L288a Ospel,
L266p Sevenum,
Q116p Simpelveld,
Q112z Ten Esschen,
L268p Velden,
L289p Weert),
wenderploeg:
w˙ɛndǝrpl˙ǫxt (Q247p Sint-Martens-Voeren
[(moderne brabantse wentelploeg)]
, ...
Q247a Sint-Pieters-Voeren
[(moderne brabantse wentelploeg)]
),
wentelaar:
wɛntǝlē̜r (Q192p Margraten, ...
Q019a Neerbeek),
wentelploeg:
we.njtjǝl[ploeg] (L317p Bocholt, ...
L366p Gruitrode),
we.njtšǝl[ploeg] (L359p Beek),
we.ntǝl[ploeg] (L286p Hamont, ...
L352p Hechtel,
L316p Kaulille,
L364p Meeuwen,
L365p Wijshagen,
K361p Zolder),
wenjtjǝl[ploeg] (L291p Helden, ...
L292p Heythuysen,
L369p Kinrooi,
L290p Panningen
[(ijzeren karploeg)]
),
wenʔǝl[ploeg] (K353p Tessenderlo),
wēntǝl[ploeg] (L192b Aijen, ...
L159a Middelaar),
wē̜ntǝl[ploeg] (L244c America, ...
L429a Berg,
L246p Horst,
L163a Milsbeek,
L163p Ottersum),
wę.njtjǝl[ploeg] (L372a Aldeneik, ...
L372p Maaseik,
L368p Neeroeteren,
L415p Opoeteren),
wę.ntǝl[ploeg] (L282p Achel, ...
Q072p Beverst,
L353p Eksel,
Q003p Genk,
L366p Gruitrode,
Q081a Heesveld-Eik,
L414p Houthalen,
L364p Meeuwen,
Q082p Munsterbilzen,
L312p Neerpelt,
L418p Niel-bij-As,
L314p Overpelt,
L313p Sint Huibrechts Lille,
Q005p Zutendaal),
węnjtjǝl[ploeg] (L383p Melick),
węntǝl[ploeg] (L413p Helchteren, ...
K359p Koersel,
L422p Lanklaar,
L424p Meeswijk),
węnʔǝl[ploeg] (K314p Kwaadmechelen),
wɛ ̝ntǝl[ploeg] (L215p Blitterswijck, ...
L214a Geysteren,
L217p Meerlo,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L246a Swolgen,
L245b Tienray,
L214p Wanssum),
wɛ.njtjǝl[ploeg] (L331b Boukoul, ...
L331p Swalmen),
wɛntǝl[ploeg] (L324p Baexem, ...
Q019p Beek,
Q103p Berg / Terblijt,
K358p Beringen,
L288c Eind,
Q193p Gronsveld,
L286p Hamont,
K360p Heusden,
L292p Heythuysen,
L265b Kronenberg,
K317p Leopoldsburg,
L434p Limbricht,
K278p Lommel,
L377p Maasbracht,
Q192p Margraten,
L382p Montfort
[(ijzeren karploeg)]
,
L288p Nederweert,
K357p Paal,
Q194p Rijckholt,
L373p Roosteren,
Q099q Rothem,
L266p Sevenum,
Q187p Sint Pieter,
Q015p Stein,
L270p Tegelen,
K353p Tessenderlo,
L374p Thorn,
L318b Tungelroy,
Q097p Ulestraten,
Q014p Urmond,
Q101p Valkenburg,
L268p Velden,
Q117a Waubach),
wɛ̄ntǝl[ploeg] (Q191p Cadier),
wɛ̄ʔǝl[ploeg] (K278p Lommel),
wiegardploeg:
wigat[ ploeg] (L209p Merselo),
zaadploeg:
zǭt[ploeg] (L115p Mook
[(jonger dan zaaiploeg)]
),
zaaiploeg:
zǭi̯[ploeg] (L115p Mook
[(met een ander vocalisme dan zɛ̄i̯ǝ)]
)
|
Een wentelploeg is een karploeg met tenminste twee ploeglichamen, die - boven elkaar aan de ploegboom bevestigd - elkaars spiegelbeeld vormen en bij het keren samen met de ploegboom 180° worden gedraaid. Aan de boom van zulk een ploeg zitten gewoonlijk ook twee kouters en twee voorscharen. Vroeger kon de wentelploeg ook een voet- of radploeg zijn. Omdat de ploegboom van een dergelijke ploeg niet in zijn geheel gedraaid kon worden, was het dubbele ploeglichaam draaibaar bevestigd aan het achterstuk van de ploegboom. Dit type wentelploeg heet achterwentelaar of staartwentelaar. Een voet- of radploeg met een ploeglichaam dat onder de ploegboom door gewenteld kan worden, wordt wel onderwentelaar genoemd. [JG 1b + 1b; JG 2a-1, 6 ; JG 2b-4, 1; N 11, 30; N 11A, 71 + 72 + 73; N J, 10 add.; N 27, 14 + 15 add.; A 27, 24 add.; monogr.]
I-1
|