31273 |
zijhamer |
chasse:
šaš (Q086p Eigenbilzen),
dwarshamer:
dwarshāmǝr (L432p Susteren
[(om het ijzer dwars te rekken)]
),
haalhamer:
hālhāmǝr (L371p Ophoven),
kanthamer:
kantjhāmǝr (L382p Montfort
[(om bepaalde zijkanten te zetten)]
),
kruishamer:
krytshāmǝr (Q113p Heerlen),
krȳshāmǝr (L321p Neeritter
[(om banden taps te maken en te geren)]
),
penhamer:
pɛnhāmǝr (Q099q Rothem
[(wordt gebruikt voor het uitrekken of uitpennen van ijzer)]
),
pinhamel:
penhāmǝl (L330p Herten),
penhǭmǝl (P176b Bevingen),
pinhamer:
penhamǝr (Q121b Spekholzerheide),
strekhamer:
štrɛkhamǝr (Q116p Simpelveld),
zethamer:
zęthāmǝr (Q108p Wijnandsrade),
zijhamel:
zijhāmǝl (L331p Swalmen
[(gebruikt bij het aanbrengen van wielbanden)]
),
zē̜hāmǝl (P047p Loksbergen
[(gebruikt bij het smeden van hakken en spaden)]
),
zęjhāmǝl (Q095p Maastricht),
zijhamer:
ze.jhāmǝr (L289p Weert),
zijhāmǝr (Q111p Klimmen
[(wordt gebruikt om te vlakken daar waar men met de handhamer niet bij kan)]
, ...
L216a Oostrum,
L299p Reuver),
zējhāmǝr (L165p Heijen, ...
L192a Siebengewald,
L213p Well),
zęjhāmǝr (L291p Helden
[(idem)]
, ...
L290p Panningen
[(voor het uittrekken van ijzer)]
)
|
Hamer met platte baan en pen. De steel van deze hamer kan lang of kort zijn. Zie ook afb. 34. In P 219 werd de zijhamer gebruikt om ploegmessen scherp te maken, in K 353 als derde voorhamer. [N 33, 73]
II-11
|