| 32826 |
zijstukken van het raam |
asblok:
as˱blǫk (Q087p Gellik),
brakken:
brakǝ (Q011p Boorsem, ...
Q191p Cadier,
Q088p Lanaken,
Q010p Opgrimbie,
Q012p Rekem),
dommen:
domǝ (L368p Neeroeteren, ...
Q171p Vlijtingen),
flanken:
flā.ŋkǝ (Q175p Riemst),
ijzeren krauwen:
īzǝrǝ krǫu̯ǝ (Q192p Margraten
[(aan de modernere paarderol)]
),
koppen:
kęp (Q170p Grote-Spouwen, ...
Q091p Veldwezelt),
kopstukken:
kǫpstękǝ (L361p Tongerlo),
korte balken:
kǫrtǝ bɛ ̝lǝk (L265b Kronenberg),
kǫrtǝ bɛ̄.lǝk (Q194p Rijckholt),
krauwen:
krǫu̯ǝ (Q196a Banholt, ...
Q192p Margraten,
Q196p Mheer),
pinbalkjes:
penbɛlǝkskǝs (L248p Lottum),
scheen:
šē̜n (L418p Niel-bij-As),
schijven:
š˙ęi̯vǝ (Q088p Lanaken),
staanders:
štø̜̄ndǝrs (Q194p Rijckholt
[(aan de ijzeren paarderol)]
),
steunen:
stø̄nǝ (L209p Merselo),
vork:
vø̜rǝk (Q088p Lanaken),
welbatsen:
wɛlbatsǝ (Q006p Leut, ...
L424p Meeswijk),
welbrakken:
wɛlbrakǝ (Q007p Eisden, ...
Q009p Maasmechelen,
Q013p Uikhoven),
weldommen:
wɛldomǝ (Q174p Herderen),
zijbalken:
zei̯bɛ.lǝk (Q191p Cadier),
zijkanten:
zei̯kɛnt (L419p Elen),
zijkoppen:
zęi̯kø̜p (Q094p Hees),
zijkruk:
zái̯kręk (Q083p Bilzen)
|
De beide korte delen van het raamwerk, waarin de as van de rol bevestigd is. [JG 2c; JG 1b add.; N 11A, 184d + 185c; div.; monogr.]
I-2
|