e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q099p plaats=Meerssen

Overzicht

Gevonden: 3341
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
bliksem, bliksemflits bliksem: bliksem (Meerssen) bliksem [SGV (1914)] III-4-4
bliksemen bliksemen: ⁄t bliksemt (Meerssen) het bliksemt [SGV (1914)] III-4-4
bloed bloed: blood (Meerssen), bloot (Meerssen) bloed [N 10 (1961)], [SGV (1914)] III-1-1
bloeden bloeden: blêû (Meerssen) bloeden [SGV (1914)] III-1-2
bloedworst bloedworst: blootwoorsj (Meerssen) bloedworst [N 06 (1960)] III-2-3
bloedzuiger bloedzuiker: bloodsuker (Meerssen), bloodzuuker (Meerssen) bloedzuiger [DC 30 (1958)], [SGV (1914)] III-4-2
bloeien bloeien: bløi̯ǝ (Meerssen), blø̄i̯ǝ (Meerssen) De algemene uitdrukking voor het in bloei staan of bloesem dragen van planten en gewassen. In het materiaal-JG is uitdrukkelijk opgegeven dat het om het bloeien van koren gaat. In dit lemma worden de werkwoorden bijeengezet; in het volgende lemma komen de zelfstandige naamwoorden aan bod. [JG 1a, 1b; L A2, 373; L 32, 77, R 1, 37; monogr.] I-4
bloem bloem: blom (Meerssen) bloem [SGV (1914)] III-2-3
bloem (alg.) bloem: blom (Meerssen), blomme mv (Meerssen), blomə (Meerssen) bloem [SGV (1914)] || bloemen [RND] III-4-3
bloemperk bloemenperk: blommenperk (Meerssen) Hoe noemt u het afgeperkt deel van een tuin met bloemen? [N 104 (2000)] III-2-1