18011 |
bewusteloos |
bedwelmd:
bedwelemt (K278p Lommel),
bedwellemt (K357p Paal),
bedwelmt (L314p Overpelt),
bervert:
bervert (L250p Arcen),
bewusteloos:
bewusteloos (Q083p Bilzen, ...
L247p Broekhuizen,
Q096p Bunde,
Q099p Meerssen,
L382p Montfort,
Q117p Nieuwenhagen,
L387p Posterholt,
Q116p Simpelveld,
L271p Venlo),
bezwijmd:
bezwiemd (L356p Grote-Brogel, ...
L315p Kleine-Brogel,
L210p Venray,
L210p Venray,
L210p Venray,
L210p Venray,
L210p Venray),
bezwijmd (L313p Sint-Huibrechts-Lille),
bezwèmd (L355p Peer),
bezwömd (L353p Eksel),
bəzwemd (L355a Linde),
b’zwieëmd (L317p Bocholt),
bezwijmeld:
bezwijmelt (K318p Beverlo),
buiten kennis:
baute kennes (Q083p Bilzen),
baute kennes zien (Q083p Bilzen),
boete keennes (Q196p Mheer),
boete kènnis gaon (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
buiten westen:
boete weste (Q204a Mechelen),
boéte weste (L270p Tegelen),
dae kump boeten wèts (Q014p Urmond),
de kluts kwijt:
de kluts kwiet (L250p Arcen),
eruit zijn:
is drōēt (Q254p Henri-Chapelle),
ervanaf zijn:
is er van af (L370p Kessenich),
in onmacht:
i.e. in onmacht
hè is in onmaag (Q154p Sint-Huibrechts-Hern),
lam neervallen:
laam (Q019p Beek),
onmachtig:
ommègtig (Q098p Schimmert),
onmechtig (Q119p Eygelshoven),
onmechtig waere (Q019p Beek),
van de welt (du.) af:
hee is van de welt aaf (Q117a Waubach),
van de wereld:
van de waereld zien (L271p Venlo),
van zijn eigen af:
van zien eigen aaf (L419p Elen),
van zijn klotje af:
hè es van ze klĕtje aof (Q183p Vreren),
van zijn sus:
va zenne sus (K318p Beverlo),
van zenne sus (K318p Beverlo, ...
K318p Beverlo,
L353p Eksel,
Q074p Kortessem,
L314p Overpelt,
P176p Sint-Truiden),
van zēne sus (K358p Beringen),
van zijne sus (K278p Lommel),
van zynen sus (P118p Kozen),
van zënë sus (Q162p Tongeren),
Bewusteloos
van zenə sYs (Q156p Borgloon),
van zijn sus af:
va z`ne sus aōf (P119p Sint-Lambrechts-Herk),
van zenə ses āf (L355a Linde),
van zijnə sus aof (Q158p Riksingen),
Meer gezegd voor buitenverstand.
van zienen sus aaf (L370p Kessenich),
van zijn zelve:
hēͅ is va zözeͅlvö (K315p Oostham),
hij es va ze zelven (K315p Oostham),
van zè zelve (K358p Beringen)
|
Bezwijming: flauwte, onmacht (kwalijkte, kwalijkvaart, zwijm, zwijmel). [N 84 (1981)] || Bezwijming: flauwte, onmacht (zwijm(el), onmacht, kwalijk, flauw). [N 107 (2001)] || duizelig worden, iemand die een harde slag op zijn hoofd heeft gekregen [N 07 (1961)] || het bewustzijn verliezen [DC 60 (1985)] || hoe is of wordt iemand die een harde slag op het hoofd heeft gekregen (met een zinnetje antwoorden) ? [ZND 23 (1937)] || Wilt u het volgende zinnetje aanvullen: hij kreeg zon harde klap, hij viel ... neer. (buiten bewustzijn) [DC 60 (1985)] || zwijm: In onmacht, in zwijm vallen (bezwijmen, vallen, zwijmelen, zwinden, kwalijk worden). [N 84 (1981)]
III-1-2
|