32387 |
binnenspie |
bankblok:
baŋk˱blǫk (L246p Horst),
klamp:
klamp (P047p Loksbergen),
middelblok:
medǝlblok (L266p Sevenum),
middenklots:
medǝklǫts (L210p Venray),
plets:
plɛtš (Q021p Geleen),
spie/spij:
spi (K353p Tessenderlo),
spīj (L286p Hamont),
tussenplankje:
tøsǝplɛŋkskǝ (P047p Loksbergen),
tussenschotje:
tøsǝsxǫtjǝ (L266p Sevenum)
|
De houten spie die tussen het in de heulbank geplaatste paar klompen wordt geslagen. De binnenspie dient om de klompen onderling een evenwijdige stand te geven. Zie ook afb. 239. Vaak wordt de binnenspie als laatste ingeslagen; hij zet dan het geheel van klompen en zetklossen definitief vast. Zie ook het lemma ɛsleutelɛ.' [N 97, 15; A 29a, 6b]
II-12
|