e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
buskruit buskruit: beskruit (Schulen), boͅskrut (Sint-Huibrechts-Lille), bus-kruut (Oirlo), buskraot (Zolder), buskroet (Born, ... ), buskrout (Koninksem), buskroêt (Venlo), buskroët (Blerick), buskrōēt (Venlo), buskruit (Halen, ... ), buskruiət (Schulen), buskruut (Leunen), buskrŭŭt (Afferden, ... ), buskry[ə}t (Nieuwerkerken), buskróut (As), buskrôet (Overpelt), buskrôêt (Blerick), buskröt (Griendtsveen), buskrüt (Heijen), buskrəət (Loksbergen), bŭskrut (Well), böskroet (Hunsel, ... ), böskrōēt (Maastricht), bøskrōͅt (Lummen), bøskrö:t (Lummen), bøͅskrøt (Koersel), (polfen).  buskroet (Blerick), Algemene opmerking v.d. invuller: in het Meerlos dialect bestaat geen uitgangs "n"!  buskrŭŭt (Meerlo), hagel: hagəl (Neerpelt), kogels: *lm. kogel (DC47,002b)  kiêgels (Bilzen), kogel (Beringen, ... ), kogəls (Neerpelt), kruidwis: krūtwisch (Kelmis), kruit: kraut (Hoeselt, ... ), kroe.t (Grathem, ... ), kroeht (Herten (bij Roermond)), kroet (Broeksittard, ... ), kroèt (Brunssum), kroét (Doenrade), krōēt (Amby, ... ), krŏĕt (Sevenum), krutj (Meijel), kruut (Blitterswijck, ... ), krūt (Heerlen, ... ), krŭŭt (Gennep, ... ), króut (As), krôet (Swalmen), krôêt (Schinnen), krøͅt (Beringen), Algemene opmerking: heb deze vragenlijst letterlijk overgenomen, dus zoals invuller het genoteerd heeft!  krōēët (Nieuwenhagen), ps. boven de "ë"staat nog een lengteteken; deze combinatieletter is niet te maken/om te spellen.  krōët (Sevenum), munitie (<fr.): munitie (Ophoven), ploffer: [sic, RK]  ploffer (Buggenum), poeder: p.oər (Koersel), peu-er (Tessenderlo), peuijer (Bree), peuj-ər (Eigenbilzen), peuj[ə}r (Eigenbilzen), peujer (Eigenbilzen), peuïjer (Hasselt), po[i}er (Diepenbeek), poeder (Halen, ... ), poeer (Kanne), poei-jer (Neeroeteren, ... ), poeier (Beverlo, ... ), poeijer (Boorsem, ... ), poeijər (Kozen), poeir (Linkhout, ... ), poeiër (Bilzen, ... ), poeiər (Herk-de-Stad, ... ), poejer (Berbroek, ... ), poejĕr (Lanklaar), poejër (Lanklaar), poejər (Geistingen, ... ), poeër (Bree, ... ), poeìer (Rotem), poeïer (Genk, ... ), poeïër (Tongeren), poier (Hechtel, ... ), poijer (Hasselt), poiër (Houthalen), poiər (Diepenbeek, ... ), pojer (Eksel, ... ), pojər (Diepenbeek), pooier (Hechtel, ... ), pooiër (Helchteren, ... ), poojer (Kaulille, ... ), poŏjər (Kermt), poər (Peer), pō[u}ər (Sint-Huibrechts-Lille), pōijer (Zutendaal), pōjər (Kuringen), pŏĕier (As), pŏjĕr (Vroenhoven), poͅĭər (Diepenbeek), poͅjeͅr (Oostham), poͅjər (Diepenbeek), pu[i}ĕr (Vliermaalroot), pu[i}jər (Kortessem), pu[i}ər (Bilzen, ... ), pu[j}ər (Genk, ... ), pu[ə}r (Kortessem), pui̯ər (Martenslinde), pujer (Kuringen, ... ), pujər (Bilzen, ... ), puwjer (Opglabbeek), puïər (Hoeselt), puər (Neerpelt, ... ), pūjər (Bree, ... ), pūər (Lanaken, ... ), pŭjər (Maaseik), pu‧jər (Aalst-bij-St.-Truiden, ... ), pu⁄jr (Herk-de-Stad), pu⁄ər (Borlo, ... ), py(3)̄[i}ər (Opglabbeek), póejer (Bocholt, ... ), pôjer (Elen), pôjër (Koersel), pöier (Maaseik), pøjər (Hasselt), pəiər (Beringen), pəjjər (Neerglabbeek), pəjər (Tessenderlo), ps. omgespeld volgens Frings!  pojər (Houthalen), ps. omgespeld volgens RND!  pyjər (Meeuwen), pulver (<lat.): po.lfər (Opgrimbie), poelver (Blerick), polefer (Eys), polfer (As, ... ), polfĕr (Kessenich), polfèr (Guttecoven), polfər (Swalmen, ... ), pollefer (Heek, ... ), polləfər (Kanne), poll’ver (Arcen), polver (Afferden, ... ), polvər (Montfort, ... ), porfel (Heel, ... ), porvel (Echt/Gebroek), pōēlver (Nieuwstadt), pōllever (Lottum), pōlver (Tienray), pŏlfer (Guttecoven), pŏllefer (Limmel), pŏllever (Steyl), pŏlver (Susteren, ... ), pŏŏl-ver (Vijlen), poͅ.lfər (Opgrimbie), poͅlfər (Heerlen, ... ), poͅ‧lfer (Amby), po‧lvər (Eupen, ... ), po⁄lvər (Montzen), pòlfər (Epen, ... ), pòlvər (Gennep), pólfər (Heerlen), pôlfer (Mechelen), (m.).  pŏlfer (Heer), p‧oͅləfər (Eys), ?  polver (Simpelveld), Algemene opmerking bij deze vragenlijst: deze lijst heb ik letterlijk, zoals invuller het genoteerd heeft overgenomen!  pòlləfər (Maastricht), m.  pòlver (Heerlen), Opm. is oudere benaming.  polver (Venray), soms  polfər (Opitter), schietkruit: shietkroot (Rosmeer), schietpoeder: chiet poeiër (Koninksem), chietpoeier (s-Herenelderen, ... ), scheetpoeïer (Elen), schīétpoeiər (Stevoort), sjeetpûjer (Bree), sjietpoeiër (Vliermaalroot), sjiètpoeiër (Mal), šītpujər (Genoelselderen), schroot: šrōt (Maastricht), Van Dale: I. schroot, 3. (veroud.) ijzer in kleine, onregelmatige stukken als lading voor een vuurwapen, kartets.  sjr"ət (Gelieren/Bret), solfer (<fr.): [sic, RK]  solfer (Bilzen) buskruit [SGV (1914)], [ZND 01 (1922)], [ZND 17 (1935)], [ZND 22 (1936)], [ZND m] || licht ontbrandbaar, ontplofbaar mengsel dat o.a. gebruikt wordt voor het afschieten van vuurwapens [buskruit, kruit, poeder] [N 90 (1982)] III-3-1