26279 |
in elkaar grijpen |
goed kammen:
gōt kɛmǝ (L330p Herten),
goed passen:
gut pasǝ (P058p Stevoort),
in de voegen draaien:
ęn ǝ vūgǝ drɛǝ (Q164p Heks),
in mekanderen pakken:
ɛn mǝkānǝrǝ pakǝ (P051p Lummen),
ineen lopen:
ęnɛjn lő̜wpǝ (Q160p Bommershoven, ...
P188p Hoepertingen),
ineenkammen:
enēnkamǝ (Q083p Bilzen),
juist kammen:
žyst kamǝ (L372p Maaseik),
kammen:
kammen (L289p Weert),
kamǝ (Q077a Alt-Hoeselt, ...
Q083p Bilzen,
Q077p Hoeselt,
L316p Kaulille,
L372p Maaseik,
L292a Maxet,
P177a Ordingen,
P176p Sint-Truiden),
kęjmǝ (L292a Maxet),
kɛmǝ (P184p Groot-Gelmen, ...
P195p Gutschoven,
Q160a Haren),
opeen draaien:
ǫpɛjn drɛǝ (Q159p Broekom),
pakken:
pakǝ (P120p Alken, ...
P053p Berbroek,
P187p Berlingen,
P195p Gutschoven,
Q077p Hoeselt,
L321a Ittervoort,
Q074p Kortessem,
L362p Opitter,
P119p Sint-Lambrechts-Herk,
L361p Tongerlo,
Q078p Wellen,
Q079a Wintershoven),
sporen:
spø̄rǝ (L164p Gennep),
tanden:
tānǝ (P187p Berlingen)
|
Het in elkaar grijpen van kammen en staven. Het aswiel van de standerdmolen loopt rechtstreeks in één of meer rondsels of bonkelaars boven het staakijzer; dat van de Hollandse molen loopt in een rondsel of in een bonkelaar die op zijn beurt weer meerdere rondsels boven staakijzers kan aandrijven. Bij de watermolen grijpen de kammen van het aswiel in het algemeen in de staven van een rondsel onder het staakijzer of, bij een molen met meer steenkoppels, in een rondsel dat een groot horizontaal wiel, het kroonrad, aandrijft. Het kroonrad kan op zijn beurt één tot vier rondsels in beweging brengen. [N O, 11a; Vds 94; Jan 113; Grof 104]
II-3
|