22458 |
mei |
berk:
berk (L216p Oirlo),
mei:
d`r mei (Q200p s-Gravenvoeren),
de mee (Q083p Bilzen, ...
Q083p Bilzen),
de mee. (Q153p Gors-Opleeuw),
de mei (L360p Bree, ...
L381p Echt/Gebroek,
L330p Herten (bij Roermond),
P188p Hoepertingen,
K278p Lommel,
L216p Oirlo,
L299p Reuver,
L331p Swalmen,
L374p Thorn,
L318b Tungelroy,
L210p Venray,
L289p Weert,
Q078p Wellen),
de mei op t hoes zette (Q016p Lutterade),
de mei steken (Q096b Itteren),
de mei stieëken (L372p Maaseik),
de meij (L300p Beesel, ...
L321a Ittervoort),
de meij op t hoes zette (Q035p Brunssum),
de mèej (Q188p Kanne),
de mèij (Q091p Veldwezelt),
de mée (P227p Vorsen),
dr mei (Q117a Waubach),
dë mèi (Q162p Tongeren),
də meͅi (L164p Gennep),
mai (Q121p Kerkrade, ...
Q121p Kerkrade,
Q098p Schimmert),
mee steken (Q071p Diepenbeek, ...
Q086p Eigenbilzen),
mee. (Q002p Hasselt),
mee.j (Q001p Zonhoven),
meesteken (P047p Loksbergen),
mei (L282p Achel, ...
Q102p Amby,
L417p As,
L417p As,
L360p Bree,
Q027p Doenrade,
L353p Eksel,
L353p Eksel,
Q202p Eys,
Q021p Geleen,
Q018p Geulle,
Q193p Gronsveld,
Q203p Gulpen,
L322p Haelen,
L320c Haler,
Q120p Heerlerbaan/Kaumer,
Q109p Hulsberg,
Q203b Ingber,
L369p Kinrooi,
Q111p Klimmen,
Q240p Lauw,
K317p Leopoldsburg,
Q095p Maastricht,
L364p Meeuwen,
L364p Meeuwen,
Q196p Mheer,
L382p Montfort,
L382p Montfort,
Q033p Oirsbeek,
L329p Roermond,
L329p Roermond,
Q118p Schaesberg,
Q098p Schimmert,
Q032p Schinnen,
L266p Sevenum,
L266p Sevenum,
P176p Sint-Truiden,
Q020p Sittard,
Q020p Sittard,
Q015p Stein,
Q197a Terlinden,
L245b Tienray,
L318b Tungelroy,
Q014p Urmond,
Q171p Vlijtingen,
Q201p Wijlre),
mei opzetten (L428p Born),
mei opzitten (L298a Kesseleik),
mei steke (Q012p Rekem),
mei:j (L317p Bocholt, ...
L317p Bocholt,
L316p Kaulille),
meij (L320a Ell, ...
L371a Geistingen,
P219p Jeuk,
L316p Kaulille,
L320b Kelpen,
L433p Nieuwstadt,
Q033p Oirsbeek,
L329p Roermond,
L331p Swalmen,
L374p Thorn,
L386p Vlodrop),
mēͅi (Q202p Eys),
mēͅj (Q095p Maastricht, ...
L331p Swalmen),
meͅi (Q038p Amstenrade, ...
Q095p Maastricht,
L265p Meijel,
Q117p Nieuwenhagen,
L432p Susteren,
L271p Venlo),
mèi (Q162p Tongeren),
mèij (Q193p Gronsveld),
ne mee (Q083p Bilzen),
ne mee. (Q002p Hasselt),
De mei op het dak zetten.
mɛ.i (L364p Meeuwen),
De mei steken.
mɛ̄j (Q001p Zonhoven),
De mei stuit op t daak.
mei (L371a Geistingen),
De meij sjteit op de daak.
meij (L329p Roermond),
De meij stónt op t taak en iech mòs traktere.
meij (Q095p Maastricht),
De mèj stèt óp dn bow; da gèft richtbier of gé.ld vör de bowvakkers.
mèj (L164p Gennep),
Dit plaatsen gebeurt als het bouwen zòver gevorderd is dat het dakspant (kapwerkbalken) geplaatst is. De, bij het bouwen betrokken, arbeiders krijgen dan van de opdrachtgever een fooi, nù [1973] meestal in de vorm van een bedrag in geld. Vroeger was dit steeds een tonnetje bier.
mei (L330p Herten (bij Roermond)),
Dá deun de métsers, da.n mòst er bie.r of zjenee.vel geschò.nke wië.re
de mee. (K361p Zolder),
Es t kapwerk op t nów hoes steit, steken de werklu-j ene mei drop, ze goon meien.
mei (Q013p Uikhoven),
Gistere ebbe se de mei gestouke.
mei (P176p Sint-Truiden),
Het hûîs war af èn-e maaj woord gedrùnke.
maaj (K318p Beverlo),
mei = een bloemstuk
de mei steke (P219p Jeuk),
Ook een dito versierde boom die omstreeks 1 mei op heet dorpsplein werd opgericht.
mee. (K361p Zolder),
ook vaan voor de vlag
mēͅj (Q113p Heerlen),
Rh. Wb. VII, Karte VII, 10: Richtfest. Bauhebe. Op de kaart komt voor "Mai auf das Dach heben, richten, setzen, stechen".
mè.j (L424p Meeswijk),
Sub mee, 3. De metsers stoekke de mee, wei het metswaerk oaf woas.
mee (Q003p Genk),
Sub mee: Ze steken de meiboom als de ruwbouw opgetrokken is.
dë mee stêkë (Q077p Hoeselt),
Sub mei, 2. De mei(boom) stond al op het dak.
mäi (K278p Lommel),
Sub meij, (1): Zwaogauw es de vees van ein nuuj hoes gelag is, kömptj demeij drop. Den geuf t ein traktasie väör de boewers, nl. de maeij vertaere.
meij (L381p Echt/Gebroek),
Ze hùbbe gîestere de mee gestoöke: Gisteren heeft men de mei gezet (de ruwbouw is af).
mee (Q074p Kortessem),
Zwaogauw es de vees van ein nuuj hoes gelag is, kömptj de meij drop. Den geuf t ein traktasie väör de boewers, nl. de maeij vertaere.
meij (L381p Echt/Gebroek),
meiboom:
`maj.bō.m (Q251p Gemmenich),
maibaum (L332p Maasniel),
meeboam (Q086p Eigenbilzen),
meeboem (Q001p Zonhoven),
meeboom (Q003p Genk, ...
Q077p Hoeselt),
meibaum (L267p Maasbree),
meiboom (K359p Koersel, ...
K359p Koersel,
Q112z Ten-Esschen/Weustenrade),
meiboom steken (K360p Heusden),
meiboum (L383p Melick, ...
L271p Venlo),
meibuim (L416p Opglabbeek),
Ss. sub mei.
meiboom (L286p Hamont),
Sub mei, 2. De mei(boom) stond al op het dak.
mäibom (K278p Lommel),
Sub richtens: De mèèiboe-w-em stued-aal op t daak, t-sal binnekort richtes zien!
mèèiboe-w-əm (L282p Achel, ...
L286p Hamont),
meivlag:
meivlag (Q039p Hoensbroek)
|
1. Meiboom op een nieuw huis als de ruwbouw af is. || 1. Tak met groene bladeren (of kleurig papier, of de vlag). || 1. Versierde den op een woning-in-aanbouw, gewoonlijk als het dakgebint klaar is. || 2. De, met bloemen of linten, versierde stok, die op een, in aanbouw zijnd, huis wordt geplaatst. || 2. Feestelijke struik op hoogst bereikte punt van een gebouw. || 2. Mei: Feest bij t beëindigen van de ruwbouw. || 2. Mei: lovertak of den, tegenwoordig ook vlag, die op het dak gezet wordt van een huis dat bij het bouwen zijn hoogste punt heeft bereikt. || 2. Meiboom, mei. || 2. Ruiker, vooral op afgewerkt huis. || 3. Versierde tak op huis waarvan het hoogste punt bereikt is. || [De meiboom steken]. || [III]. 2. Vla. meiboom: met guirlandes versierde tak, die door de metselaars op een woning geplaatst wordt als het gebint klaar is. || [Mei(boom).] || [Meiboom]. || de tak van krachtsport waarbij het doel is de tegenstander door bepaalde grepen en bewegingen op de grond te werpen [zo dat zijn schouders de grond raken] [worstelen, borstelen] || de tak, struik of vlag die geplaatst wordt op huizen in aanbouw [N 112 (2006)] || De tak, struik of vlag die geplaatst wordt op huizen in aanbouw. [N 88 (1982)] || II. Mei: **Meiboom op een nieuw huis als het gebint klaar is. || Majboom: Birkenbäumchen, das beim Richtfest (wenn der Rohbau eines Hauses fertig ist) auf dem Dach aufgestellt wird. || Mei (lovertak), meiboom. || Mei(boom): denneboompje dat men op een nieuw gebouw plaatst, wanneer het gebint klaar is. || Mei: **1. Meiboom; groene met papieren snippers versierde tak die men op een nieuw gebouw plaatst wanneer het gebint klaar is. || Mei: **2. Meiboom (op de nok, na voltooiing van de ruwbouw). || Mei: 2. Meiboom (op de nok, na voltooiing van de ruwbouw). || Mei: b) versierde tak of kleine boom die op een gebouw wordt geplaatst als dit "onder de kap"is. || Mei: c) versierde tak, groene tak of boompje op een onderdak gebracht huis. || Mei: meiboom. || Mei: versierde tak of boompje op een onder dak gebracht huis. || Mei; meiboompje geplaatst op het hoogste punt van een bouwwerk tijdens de bouw. || Meiboom (de versierde tak die op een in aanbouw zijnde woning geplaatst wordt of bij een of andere gebeurtenis aan de voordeur wordt geplaatst). || Meiboom. || Meiboom; met bloemen en linten versierde tak, geplaatst op een in aanbouw zijnd huis of gebouw, zodra de gordingen en nokbalk geplaatst zijn, de zgn. "mei". || Versierd boompje op hoogste punt van nieuwbouw.
III-3-2
|