e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
roompot baar: bār (Buchten, ... ), bǭrǝ (Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler), bewaarpot: bwoǝnpǫt (Val-Meer), boterpot: boterpot (Meers), botǝrpot (Roermond), boterteil: bȳǝtǝrtēi̯l (Opglabbeek), driekronen: drikruǝnǝn (Heythuysen), driekroonse pot: drēi̯krūǝnǝsǝ pot (Panningen), duppen: døpǝ (Heerlerheide, ... ), keulse pot: keulse pot (Beek), kølsǝ pot (Blitterswijck), kø̄lsǝ pot (Blerick), kø̜lšǝ pot (Geulle), kroeg: krox (Helchteren), krux (Beringen, ... ), krūx (Gingelom), kroes: krūs (Kwaadmechelen), kronenpot: krōǝnǝpot (Urmond), melktob: męlktø̜p (Milsbeek, ... ), roombaar: roombaar (Brunssum, ... ), rou̯mbār (Houthem), rōmbār (Teuven), rōmbār (Bleijerheide), rǫu̯mbār (Drieslinter, ... ), roomduppen: rōmdøpǝ (Hoensbroek), rǫu̯mdø̜pǝ (Boukoul, ... ), roomkroes: rūǝmkrøs (Berverlo), roompot: raompot (Grathem), raumpot (Echt/Gebroek, ... ), raumpòt (Echt/Gebroek), rau̯mpot (Kinrooi), rau̯mpoͅt (Tungelroy), raǝmpǫt (Achel), roampot (Obbicht), rompot (Eijsden, ... ), roompot (Echt/Gebroek, ... ), roumpot (Baarlo, ... ), rou̯mpot (Boeket, ... ), rou̯mpǫt (Sint Pieter), roümpot (Kinrooi), rōͅumpoͅt (Bocholt), rōͅu̯mpoͅt (Bocholt, ... ), roͅmpoͅt (Neerharen), roͅumpoͅt (Waterloos), roͅu̯mpoͅt (Maaseik, ... ), rø̜̄u̯mpǫt (Gruitrode), rø̜mpot (Blitterswijck, ... ), rø̜u̯mpǫt (Bree), røͅi̯mpoͅt (Bree, ... ), røͅmpoͅt (Blitterswijck, ... ), røͅu̯mpoͅt (Bree), rūmpǫt (Sint-Truiden), rūǝmpot (Merselo), rǫu̯mpot (Baarlo, ... ), rǫu̯mpǫt (Lanaken, ... ), rǭmpot (Oost-Maarland, ... ), rǭu̯mpǫt (Bocholt, ... ), (roum = room)  roumpot (Ell), (voor melk)  roumpot (Reuver), bruine hoge  rø͂ͅi̯mpoͅt (Opglabbeek), dit was \'n aardwerk pot (zie tekening), inhoud ± 20 liter. Deze werd gebruikt voor \'t zouten van worst of andere vleessoorten.  roumpot (Tungelroy), hoge pot met twee oren waarin de boerin vroeger de melk deed om te romen en vervolgens te karnen  roumpot (Thorn), Om melk in aan te zuren voor het karnen ( ± 25 l. )  rŏŭmpot (Heythuysen), pot waarin men de melk liet zuren om boter te maken.  roumpot (Velden), tekentje in de vragenlijst is frings teken  rōͅmpoͅt (Rotem), zie tekening  rōempot (Ospel), zie WLD-N20 (bijlagen)  roumpot (Neeritter), Zowel grote als kleine worden zo betiteld. Men beperkt zich tot ketel, pan of pot. Ketel en pot worden ook wel door elkaar gebruikt.  romppot (Boekend), roomvaatje: rōmvɛ̄šǝ (Bocholtz), sirooppot: sjroeppot (Eijsden), sjroip-pot (Ulestraten), smoutkruik: om raapolie te bewaren toegesloten met varkensblaas(?)  smatkroͅu̯k (Genk), stenen pot: stɛnǝ pǫt (Lommel), štęi̯nǝ pot (Panningen), stenen roompot: stɛnǝ rōmpǫt (Lommel), teil: tē̜l (Zelem), tęi̯l (Baarlo), uiles: ȳlǝs (Leveroij, ... ), Hierin liet men de zure melk een nacht overstaan om op te romen, waarna de room (hu vu) er afgeblazen werd voor botermaking. ( ± 10 l. )  uules (Heythuysen), uilespot: ȳlespot (Maasniel, ... ), vangspot: vaŋspot (Middelaar), vat: vāt (Roermond), zaampot: voor vet en room  zø͂ͅnpoͅt (Peer), zaankroeg: za͂nkrux (Paal), zuu̯nkrux (Halen), zōu̯ǝnkrux (Diepenbeek), zōǝnkrex (Rummen), zōǝnkrux (Gingelom), zǭǝnkrōx (Zonhoven), man.  zu̯ōən⁄krōx (Boekt/Heikant), £ is niet omgespeld  zōənkro͂ͅx (Kermt), zaanpot: zaanpot (Hamont), zon⁄poͅt (Lommel), zōͅəmpoͅt (Hamont), zōͅənpoͅt (Hamont, ... ), zui̯npot (Hechtel), zu̯oi̯npot (Genoelselderen), zwǫnpǫt (Hoeselt), zø̜̄npǫt (Linde, ... ), zø̜npǫt (Peer), zōǝnpǫt (Beverst, ... ), zūnpǫt (Houthalen), zūǝnpǫt (Opheers), zǫu̯ǝnpǫt (Lommel), zǫǝi̯npǫt (Borgloon), zǫǝnpǫt (Achel, ... ), zǭnpǫt (Hamont, ... ), zǭǝnpǫt (Neerpelt, ... ), daarin werd de room in bewaard, als er voldoende was, werd er boter van gemaakt, alles in dezelfde pot  zoonpot (Eksel), om room in te bewaren  zonpoͅt (Genk), pot om boter in te (stoten (?))  zōnpoͅt (Gelieren/Bret), pot waarin het room van de melk word bewaard  zoͅənpoͅt (Achel), {z#?\\n} = room van de melk spreekwoord i.v.m. de melk: \"van hier naar Romen, zijn er vier bomen ??t zijn geen eiken en essen, ge kunt ?tniet raden met zessen\  zoͅu̯ənpoͅt (Lommel) aarden vaatwerk waarin de room bewaard wordt || kruik, stenen ~; inventarisatie benamingen (gistkruik); betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || ondiepe aarden pot voor melk || pot, stenen ~; inventarisatie benamingen voor grote ~~ voor bijv. zuurkool e.d., kleinere ~~ voor boter, eieren e.d. (pijppot, timperpot); betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || roompot || stenen pot waarin de room wordt bewaard || Stenen pot waarin men de room bewaart. [N 12, 59; A 7, 15; JG 1d, 2c; monogr.] I-11, III-2-1