e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
steenbus blok: blǫk (Hoeselt), buis: bø̜.js (Tongeren), bø̜js (Diepenbeek), bus: bes (Bilzen, ... ), bus (Ottersum, ... ), by.s (Rutten), bys (Alt-Hoeselt, ... ), bøs (Alken, ... ), bø̜s (Aldeneik, ... ), dom: dǫm (Lauw), hals: hals (Diepenbeek, ... ), houten kussen: ǭtǝ kø̜sǝ (Sint-Truiden), houteren spilgat: hǭtǝrǝ spilgāt (Kaulille), koning van de steen: kǭneŋ van dǝ stēǝn (Hoeselt), kroon: krun (Stevoort), pot: pǫt (Ittervoort, ... ), smeerbus: smīǝ.rbø̜s (Neeroeteren), spanner: spanǝr (Sluizen), steenbos: štęjnbo.s (Herten), steenbus: steenbus (Beegden, ... ), stijnbøs (Horst, ... ), stęjnbø̜s (Ell), stęǝnbøs (Leunen), vast stuk: va.s stø̜k (Gutschoven, ... ), vetpot: vętpǫt (Opglabbeek) De van hout of metaal vervaardigde bus in het midden van de ligger waarin de hals van het staakijzer (in watermolens) of de kleine spil (in windmolens) draait. In de zeskantige bussen bevinden zich drie houten of metalen noten die met spieën bijgespied kunnen worden. Bovendien hebben zij drie vetgaten die met stukken zak en vet worden volgestopt teneinde de hals te smeren. Zie ook afb. 78. De bus was in l 362 vervaardigd uit hout van appelbomen. [N O, 16e; Vds 119; Jan 129; Coe 105; Grof 125; A 42A, 23; N O, 16c; N D, 20] II-3