e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
talud beekkant: beekkant (Meldert), berg: bɛrx (Kerkrade), bergje: bɛrxskǝ (Venlo), berm: brēm (Kerkrade), bɛrm (Egchel, ... ), bɛrǝm (Donk, ... ), bɛ̄rm (Leunen, ... ), bɛ̄rǝm (Nieuwenhagen), boord: boord (Ospel), bǭrt (Heythuysen), brand: braŋk (Kerkrade), del: dęl (Romershoven), dijk: dēk (Zepperen), dęi̯k (Rummen), gelei: galęi̯ (Eckelrade), graaf: graf (Margraten), grāf (Brunssum, ... ), grē̜f (Schaesberg), grǭf (Eijsden, ... ), jrāf (Kerkrade, ... ), graafje: grē̜fkǝ (Wijlre), gręfkǝ (Mechelen), graafkant: grāfkaŋk (Sevenum), gracht: grāx (Vliermaal), grēx (Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler), gręx (Wolder / Oud-Vroenhoven / Wiler), grachtkant: grāxkānt (Beverst), grats: grats (Tegelen), greppel: grɛpǝl (Sittard), grub: grøp (Hoensbroek), grø̜p (Maastricht, ... ), helling: helling (Heugem), kant: kan (Blerick), kanjtj (Heythuysen, ... ), kant (Linkhout, ... ), kaŋk (Sevenum), kānt (Hoeselt, ... ), kleef: kliǝf (Heerlen), klēf (Aldeneik, ... ), klē̜f (Oirsbeek), klīf (Schinveld), klīǝf (Hoensbroek, ... ), klɛf (Venlo), rand: raŋk (Haelen), scheve kant: sxē.vǝ kānt (Bergen), schoor: šōr (Haelen, ... ), šǭr (Buchten, ... ), šǭrǝ (Thorn), schuine kant: sxynǝ kānt (Neerpelt), schuinse kant: sxynsǝ kant (Opitter), šø̜i̯nsǝ kɛnjtj (Einighausen), slootkant: sluǝtkant (Blerick, ... ), slouw: šlou̯ (Margraten), stikke kant: stekǝ kānt (Middelaar), talud: lyt (Weert), talud (Oirsbeek), taly (Beringen, ... ), talyj (Borgloon, ... ), talȳt (Eijsden, ... ), tǝly (Borgharen, ... ), tǝlyj (Ell, ... ), tǝlyt (Rothem), tǝlȳj (Leuken, ... ), tǝrly (Neer, ... ), weggenrand: weǝjǝraŋk (Kerkrade), zoeg: zux (Tessenderlo) De aflopende kant van een weg, dijk of sloot. Een aantal woordtypen duidt op een sloot of greppel naast de weg, terwijl gevraagd was naar de ø̄aflopende kant van een weg, dijk, of slootø̄. [N M, 27; N 11, 7a; N 11, 7b; monogr.] I-8