e-WLD begrippen 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vogeltje dat nog niet kan vliegen bijkanstig vogeltje: als ze bijna kunnen vliegen  bekanssteg viegelkes (Ellikom), duivelsjong: duuvelsjong (Maaseik), dyvelsjong (Stokkem), flatte vogel: flatte vogels (Beverlo), jonge kwak: joong kwak (Meijel), kachte vogel: kachte vogel (Zichen-Zussen-Bolder), kakkel: kakkel (Neer), kakkerd: kakkert (Schinnen), klots: klots (Venray), kwag: kwag (Houthalen), kwag, kwak (Venlo), pas uit het ei  kwagk (Maaseik), kwag vogel: kwag vyəgəl (Beverst), kwaggel: kwaggel (Meijel), kwaGGel (Swalmen, ... ), kwaggəl (Nieuwenhagen), kwaGkel (Swalmen), kwaggenest: subs  kwaggenest (Houthalen), kwagjong: kwach joeng (Bilzen, ... ), kwag jong (Diepenbeek, ... ), kwag jonk (Eigenbilzen), kwagjong (Grote-Spouwen, ... ), kwax juŋ (Bilzen), kwak: kwak (Blerick, ... ), kwak, kwek (Venlo), kwak, kwekske (Reuver), kwàk (Sevenum), jonge vogel in het nest  kwak (Wanssum), pas uit het ei ("pasgeboren"(sic))  kwak (Tegelen), kwakbol: kwakbeul (Tongeren), kwakboͅllen (Rutten), kwake boel (Sint-Lambrechts-Herk), kwake bəl (Alken), kwakje: kwak, kwekske (Reuver), kwakjong: kwak joͅŋ (Kaulille, ... ), kwakjong (Zonhoven), kwakjonk (Zonhoven), kwakjongen: kwakjonge (Lanaken), kwakjongen (Beringen), kwakke jong: kwake joeng (Sint-Lambrechts-Herk), kwakke jeung (Voort), kwakke joeng (Herstappe), kwakke joĕng (Stevoort), kwakke jong (Kuringen, ... ), kwakke joung (Broekom), kwakə jong (Zolder), kwakke vogel: kwakke vogels (Beverlo, ... ), kwakkel: kwakkel (Meijel, ... ), kwakkele (Meijel), nestvogeltje  kwakkel (Waubach), subs  kwakkel (Waubach), kwatser: kwatsers (Kwaadmechelen), kwatsər (Kwaadmechelen), kwatskont: kwatskoŋten (Horpmaal), kweggel: kwegkəl (Kelpen, ... ), kwijkerd: kwekkert (Beesel), nestjong: nèsjong (Klimmen, ... ), nësjónge (Sittard), nestkwaggel: nēēskwāGGəl (Nieuwenhagen), nestvogeltje: nesveugelke (Heer, ... ), nēsveugelkə (Maastricht, ... ), nog geen vlug jong: nog gen vlug jônge (Oirlo), nog kwakke jong: nog kwakke jung (Beverlo), pieper: pieper (Lutterade), plat jong: platte jong (Eksel), èè plat jonk (Bree), platte jong: platte jong (Kaulille), platə jøŋ (Tessenderlo), platte jong (dim.): platte jongskes (Lommel), platte vogel: platte vougels (Sint-Truiden), stoppeljong: stoepeljong (Riksingen), takkeling: ta.kəleŋ (Eys), vlugjong: vleg jong (Eigenbilzen), vlug jòng (Venray), vlug jònge (Sevenum, ... ), vlugjòng (Venray, ... ), vlég joeng (Beverst), ze hebben duivelshaar: beschrijvend antwoord  ze hebbe dievelshaor (Bree), ze hebben nog duivelshaar: beschrijvend antwoord  ze hebbe nog duuvelshoar (Nieuwerkerken), zə heͅbbe noͅg dy(3)̄vəlshōr (Herk-de-Stad), ze hebben nog maar steg: beschrijvend antwoord  ze hemme nog ma stok vijeres (Tessenderlo) een jonge vogel die nog niet kan vliegen (kakjong) [N 83 (1981)] || een pas uitgebroed vogeltje (kwabbeke) [N 83 (1981)] || een vogel die nog gevoerd moet worden (kwèker) [N 83 (1981)] || jong vogeltje || jonge vogel die nog niet kan vliegen [ZND 36 (1941)] || jongste vogel uit het nest (kakkenestje) [N 83 (1981)] || kwak, nestsjong nog zonder veren || nesteling, nestvogels || nog geen veren hebbend, gezegd van jonge vogels ( maaibloot, paddebloot) [N 83 (1981)] || nog niet in staat om te vliegen, gezegd van jonge vogels (kak, kwak) [N 83 (1981)] || piepjong, pas uit het ei || vogeltje III-4-1