| 28119 |
vuldoek |
afslag:
āfšlāx (Q113p Heerlen
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Zolder]),
blaasdoek:
bloǝsdox (Q121b Spekholzerheide
[(Willem-Sophia)]
, ... [Domaniale, Laura, Willem-Sophia]
Q000 Zie mijnen
[(Domaniale / Laura / Willem-Sophia)]
[Maurits]),
blōǝsdōk (Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Maurits]),
blǫǝsdōk (Q113p Heerlen
[(Emma)]
[Maurits]),
blǭsdowk (L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
[Willem-Sophia]),
blǭsdōk (L426p Buchten
[(Maurits)]
, ... [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]
Q111p Klimmen
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Emma]),
blaaslijnen:
bloǝsliŋǝ (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Domaniale, Laura, Willem-Sophia]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale / Wilhelmina)]
, [Domaniale]
Q000 Zie mijnen
[(Domaniale / Laura / Willem-Sophia)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
doek:
dōk (Q021p Geleen
[(Maurits)]
, ... [Julia]
L374p Thorn
[(Maurits)]
[Maurits]),
dux (Q121p Kerkrade
[(Julia)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
jute stof:
jute stof (L422p Lanklaar
[(Eisden)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
keerdoek:
kiǝrdōk (Q117a Waubach
[(Laura / Julia)]
[Maurits]),
lijnen:
liŋǝ (Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Eisden]),
scheren van winddoek:
scheren van winddoek (Q003p Genk
[(Winterslag / Waterschei)]
[Domaniale, Wilhelmina]),
versatzlijnen:
vǝrzatsliŋǝ (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
, ... [Domaniale]
Q121p Kerkrade
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
vuldoek:
vøldōk (Q035p Brunssum
[(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]
, ... [Laura, Julia]
L374p Thorn
[(Maurits)]
[Emma, Hendrik, Wilhelmina]),
vullijnen:
vylliŋǝ (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
[Domaniale]),
vøllīnǝ (Q112a Heerlerheide
[(Oranje-Nassau I-IV)]
[Domaniale]),
wetterdoek:
w ̇ɛtǝrd ̇ōk (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Winterslag, Waterschei]),
zak:
zak (K361p Zolder
[(Zolder)]
[Eisden]),
(mv)
zēk (Q007p Eisden
[(Eisden)]
[Domaniale])
|
Jute weefsel dat wordt gebruikt voor het tegenhouden van de opvulling. Volgens een invuller uit Q 121 was het "blaaslijnen" een doek dat op de Domaniale mijn in de lengte van de pijler verticaal werd opgehangen als begrenzing voor de stenen. De "afslag" die men op de vier Oranje-Nassaumijnen kende, was volgens de respondent uit Q 113 verstevigd met dunne houtstijlen. [N 95, 565; N 95, 563; monogr.]
II-5
|