20634 |
wentelteefje |
deeg in het vet:
Syst. Veldeke
deig in ’t vet (L369p Kinrooi),
floerbrood:
Syst. WBD
flōērbroed (L318b Tungelroy),
floeren brood:
Syst. Frings
flūrə brūt (K359p Koersel),
floeren broodje:
Syst. Frings
flū̞rə bry(3)̞̄ətjəs (P175p Gingelom),
fluwelen brood:
fluwièèle broid (Q101p Valkenburg, ...
Q101p Valkenburg),
fluwijnbrood:
flewijn broed (L326p Grathem),
fluwijnen brood:
fluwene brwoad (Q097p Ulestraten),
Verwene, verdwene broed: ver(d)wene brood
flewenebroed (Q095p Maastricht),
gebakken weg:
Syst. WBD
gebakke wek (L268p Velden),
geronnen broodje:
Syst. Frings
gərōͅnə bry(3)̄tšə (P176p Sint-Truiden),
gewonnen brood:
enq. weet het niet zeker
gewonne braud (Q083p Bilzen),
Syst. Frings
gəwoͅnə bruu̯ət (L312p Neerpelt),
Syst. Grootaers
gəwoͅnə bro(u̯)t (K278p Lommel),
pain perdu:
pɛpər’dy (Q200p s-Gravenvoeren, ...
Q247p Sint-Martens-Voeren,
Q247a Sint-Pieters-Voeren),
pain perdu (fr.):
Syst. Frings
pain perdu (Q002p Hasselt),
pitsen:
pitsjen (L386p Vlodrop),
verdwenen brood:
verdwene braod (Q101p Valkenburg),
verweene braod (Q020p Sittard),
Eijerkook, verdwene broed, laot us dat neet vergete, dat waos pas lekker ete
ver(d)wene broed (Q095p Maastricht),
Verwene, verdwene broed: ver(d)wene brood
verdwene broed (Q095p Maastricht),
verloren brood:
verlevre broed (P053p Berbroek),
verlore broeod (L321p Neeritter),
verlorren broed (K353p Tessenderlo),
vlore broeëd (L353p Eksel),
enq. weet het niet zeker
verloëre braud (Q083p Bilzen),
Syst. Frings
vərlō(ə)rə bruət (L286p Hamont),
vərlōrə bruət (L286p Hamont, ...
P044p Zelem),
vərlø.rə bruət (Q002p Hasselt),
Syst. IPA
vlo̞u̯ərə bruu̯ət (K314p Kwaadmechelen),
Syst. Wbk. van Bree
verlure bruud (L360p Bree),
verstoken brood:
Syst. Frings
vərstōkə broͅat (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
verwenbrood:
verwenbroëd (Q113p Heerlen),
vərwɛnbrūt (Q284p Eupen),
verwend brood:
vərwɛ̄nd brūət (Q247p Sint-Martens-Voeren, ...
Q247a Sint-Pieters-Voeren),
verwendbrood:
verwent broëd (Q117p Nieuwenhagen),
verwentbroeëd (Q119p Eygelshoven),
vərwɛ̄rəndbrūət (Q200p s-Gravenvoeren),
Als desert; enkele beschuiten in melk gedoopt, in de pan gebakken met geklopte eieren, suiker en kaneel (Dit vormde een lichte koek)
vërwénd-bróod (Q162p Tongeren),
vërwêend-bróod (Q162p Tongeren),
Eigen syst.
verwend brōēd (Q113p Heerlen),
Syst. WBD
verwénd brōēd (Q204a Mechelen),
verwendebrood:
verwende broewet (Q204a Mechelen),
verwendsneetje:
verwendsschnitchere (Q121p Kerkrade),
verwentsjnitje (Q116p Simpelveld),
verwentsjnitjes (Q119p Eygelshoven),
verwentsjnitsje (Q121c Bleijerheide),
vèrwénsnitjə (Q116p Simpelveld),
Syst. WBD
ferwént-sjnit-sje (Q121p Kerkrade),
verwenen brood:
verweine brood (Q198b Oost-Maarland),
verwène broed (Q193p Gronsveld),
verwèène broed (Q193p Gronsveld),
verwèène broid (Q101p Valkenburg),
verwééne brōēd (Q198b Oost-Maarland),
Dit is witte brood of beschuit in melk gedrenkt en dan gebakken met eieren eroverheen.
verwèène broed (Q198b Oost-Maarland),
Eigen phonetische
verweènə broid (Q101p Valkenburg),
enq. weet het niet zeker
verwiëne braud (Q083p Bilzen),
Verwene, verdwene broed: ver(d)wene brood
verwene broed (Q095p Maastricht),
verwenkorstje:
Syst. Veldeke
werwein-kusjer (Q211p Bocholtz),
verwensneetje:
verwensjnitsje (Q121c Bleijerheide, ...
Q121a Chèvremont,
Q121d Haanrade,
Q121e Kaalheide/Onderspekholz,
Q121p Kerkrade,
Q121b Spekholzerheide),
verwenst broodje:
verwunsjd breudje (Q020p Sittard),
wentelbrood:
Syst. Frings
wɛntəlbruu̯ət (P176a Melveren),
wentelteef:
wenjelweef (Q009p Mechelen-aan-de-Maas),
wentelteefje:
wentelteefje (L321a Ittervoort, ...
L329p Roermond),
wentelteefjes (L322p Haelen, ...
L377p Maasbracht),
wentelteefkes (Q113p Heerlen, ...
Q198b Oost-Maarland),
wentəltēfjəs (L414p Houthalen),
wintjelteefke (Q020p Sittard),
Eigen syst.
wenteltiefjes (Q113p Heerlen),
iets dikker dan een flensje
wentelteefje (L382p Montfort),
Syst. Veldeke
wentelteefkes (L329p Roermond),
Syst. WBD
wentelteefje (L271p Venlo),
wentelteefjes (L163p Ottersum, ...
L270p Tegelen,
L270p Tegelen),
wenteltiëfkes (L271p Venlo),
wintjelteefkes (L329p Roermond),
wèntelteefjes (L294p Neer)
|
beschuit met eieren gebakken || flensje; Hoe noemt U: Een dun pannekoekje, een flensje (struifje, koekje, flensje, broedertje) [N 80 (1980)] || geweekte beschuit met eierdooiers gebakken || overtrokken brood || pangerecht || pannenkoek [ZND 40 (1942)] || verdwenen brood || verwen brood || verwend brood || wentelteefje || wentelteefjes [N 16 (1962)] || wentelteefjes (bep.) || Wentelteefjes (fleweene brood, fluweele brood, verdwene brood, verwèène brood?) [N 16 (1962)] || zonder eetlust eten; Hoe noemt U: Traag en zonder eetlust eten (pieliën) [N 80 (1980)]
III-2-3
|