25141 |
gatsen |
gieten, hard regenen:
gadze (Q003p Genk),
gaotsen (P219p Jeuk),
gats (Q002p Hasselt),
gatse (Q002p Hasselt, ...
P219p Jeuk,
P219p Jeuk),
gatsen (P183p Mielen-boven-Aalst, ...
P183p Mielen-boven-Aalst,
P176p Sint-Truiden,
P176p Sint-Truiden,
P121p Ulbeek,
P121p Ulbeek),
gatsə (P185p Engelmanshoven, ...
P184p Groot-Gelmen,
Q002p Hasselt,
P188p Hoepertingen),
gatšə (P213p Niel-bij-St.-Truiden),
gats⁄n (Q071p Diepenbeek),
gātse (Q095p Maastricht),
gàtse (L417p As),
gàtsə (Q156p Borgloon),
da wetter gatst oet de riegelbuis
gatst (P197p Heers),
het gats
gats (Q168p s-Herenelderen),
het wetter gatst treut
gatst (P052p Schulen),
hier gebruikt men ook het werkwoord gatsen, maar niet in deren zin. bv. het regent fel = e gatst nogal
gatsen (P183p Mielen-boven-Aalst),
ps. de o staat wat hoger geschreven.
gaotsen (P219p Jeuk),
toegevoegd; ps. JK vragen (hoort dit er niet bij, omdat regenen en bui opgenomen zijn).
gatse (Q002p Hasselt),
twetter gatz ote kaondel
gatz (Q156p Borgloon)
III-4-4
|
|