id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
22004 | huls | (ijzeren) kapsule: de hóls (Klimmen), huls (Geleen, ... ), hulst (Eys, ... ), (v.). h‧øͅls (Eys), Opm. v.d. invuller: dit woord wordt het meest gebruikt! un huls (Doenrade), bankschroefbus: høls (Siebengewald), bolster van de okkernoot: huls (Zichen-Zussen-Bolder), schede: niet zeker, \"u\"van \"hut\ hulst (Bree), vlechtring: huls (Neer), zeisring: hø̜ls (Holtum) I-3, I-7, II-11, II-6, III-2-1, III-3-2 |