19497 |
kloprijsje |
borstel:
kloprieske (L271p Venlo),
Voor het kloppen van zeepsop, gemaakt van geschilde heidetakjes
klop-rieske (L295p Baarlo),
garde:
klopriëske (L271p Venlo),
Zo wordt het ook wel genoemd! (werd gebruikt om gerechten te roeren!).
klop-riëske (L266p Sevenum),
klopper, garde:
klop-rieske (L322a Nunhem),
kloprieske (L269p Blerick, ...
L331p Swalmen,
L271p Venlo),
klopriēske (L245a Castenray, ...
L211p Leunen,
L209p Merselo,
L216p Oirlo,
L216a Oostrum,
L212a Smakt,
L210p Venray,
L244a Veulen),
klopriêske (L269b Boekend),
kloͅpriskə (L215p Blitterswijck, ...
L214a Geysteren,
L217p Meerlo,
L246a Swolgen,
L245b Tienray,
L214p Wanssum),
kloͅprīskə (L270p Tegelen, ...
L318b Tungelroy),
?it is het oude Venlose woord. Dat was `n gard van geschilde berketakjes, aan het eind (grip) samen gehouden door ijzerdraad.
klopriêske (L271p Venlo),
dun bosje twijgjes afgeschild en gebonden (kloprijs)
kloprie-ske (L322a Nunhem),
een bosje berketakjes gebruikt om stukken zeep fijn te kloppen in water toen er nog geen zeeppoeder was
kloprīēske (L322p Haelen),
van berketakjes (om in de pap te kloppen)
kloprĭĕske (L270p Tegelen),
vanouds
klop-rieske (L291p Helden/Everlo),
vroeger, omdat het instrument gemaakt was van geschilde fijne berketwijgen
kloprieske (L245b Tienray)
III-2-1, III-2-2
|
|