e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
knots achterhoofd:   de knoets (Valkenburg), knutsj (Kerensheide, ... ), knöts (Mechelen), knötsch (Puth), knötsj (Schinveld), voorhoofd: sjtier  knötsj (Heerlerheide), bobbel, kleine verhevenheid:   knóts (As), bochel:   knots (Hamont), buik (spotnamen):   knutsj (Eygelshoven), buil op het hoofd:   knots (Beverlo, ... ), knutsj (Obbicht), knøts (Gutshoven), fruit, ooft: knoestig, minderwaardig fruit; klokhuis  knots (Hasselt), geknotte wilg:   knots (Sint-Truiden, ... ), gezicht (spotnamen):   knötsj (Klimmen), gezwel:   knots (Paal), knoͅts (Zelem), knuts (Koersel, ... ), haarwrong:   enne knoets ien heure nak (Oost-Maarland), knots (Broekhuizen, ... ), ne knoetsj (Mechelen), handvat van de zicht:   knǫts (Kiewit), homp brood:   knods (Schimmert), hoofd (spotnamen):   knotš (Meerssen), knoəs (Meerssen), knoͅts (Genk, ... ), knuts (Holtum, ... ), knutsj (Guttecoven, ... ), knòts (Zutendaal), knöts (Bocholtz, ... ), knötsch (Susteren), knötsj (Berg-aan-de-Maas, ... ), knùtš (Bleijerheide, ... ), knətš (Meerssen), B.v. houw h`m op z`ne knotsj.  knotsj (Ulestraten), B.v. op ziene knutsj valle.  knutsj (Brunssum), de bis weeld ien denne knotsj  knotsj (Gronsveld), dik  knutsj (Nieuwenhagen), he how ee look in der knuutsj  knuutsj (Ubachsberg), Meer achterhoofd.  knötsch (Puth), Plat.  knùtš (Spekholzerheide), wat inne knutsch  knutsch (Vrusschemig), houten hamer waarmee men het slachtvee verdooft:   knots (Hoensbroek), knuts (Blerick, ... ), kern:   knutš (Vijlen), knōǝtš (Wijlre), klokhuis:   knots (Hasselt), knūts (Beringen), knoest:   knots (Eksel, ... ), d.i. een gevaarlijke tak om af te plukken  knots (Jeuk, ... ), IPA, omgesp.  knoͅts (Kwaadmechelen), knuppel, knots:   knoats (Stevensweert), knoets (Eys, ... ), knoetsch (Brunssum), knoetsj (Melick), knoots (Wolder/Oud-Vroenhoven), knots (Blerick, ... ), knotsj (Schimmert), knōēts (Opglabbeek), knōts (Maastricht), knuts (Nunhem), knutsj (Simpelveld), knòts (Kapel-in-t-Zand, ... ), knóts (As, ... ), knôts (Ell), knötsch (Amby), knötsj (Geleen), knoetse  knots (Venlo), knuppel = knoop in touw  knuts (Vechmaal), Mnder gebruikt  knots (Nieuwerkerken), kraakbeen:   kno.ts (Hasselt), knots (Bommershoven, ... ), knōētsj (Ubachsberg), knoͅts (Aalst-bij-St.-Truiden, ... ), knuts (Kinrooi), knuətš (Vaals), ondereinde van de stam: IPA, omgesp.  knoͅts (Kwaadmechelen), ruggenwervel:   knots (Diepenbeek), stam van de knotwilg:   knots (Montfort), WLD  knotse (Maastricht), stronk van de knotwilg:   knots (Venlo) I-11, I-4, I-7, II-1, III-1-1, III-1-2, III-2-3, III-4-3, III-4-4