id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
17995 | kozelen | ijlen: WNT: koozelen, hetzelfde als keuzelen (I): praten, snappen, kouten, keuvelen, babbelen. Misschien van koozen. koazele (Eigenbilzen), liefkozen: kuzele (Beegden, ... ) III-1-2, III-1-4 |