id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
18030 | oprupselen | oprispen: oprēpsələn (Linde), oprupsele (Weert), opruupselen (Eksel), opröpsele (Hunsel), opröpsələ (Molenbeersel), oͅprepsələ (Hamont), zoer oprepselen (Mechelen-aan-de-Maas), op- wordt bijna altijd weggellaten. oprəpselen (Rotem), Uitdr.: "d`eten keumt mich op". opripselen (Hamont) III-1-2 |