id | Trefwoord | Begrip: dialectopgave (plaats) | Toelichting |
---|---|---|---|
18106 | weernder | strontje: (w)ion(d)ər (Lauw), gionər (Koninksem), hyøndər (Neerrepen), ionər (Lauw), wiendər (Riksingen, ... ), wjāndər (Herk-de-Stad), wVn(d)ər (Schakkebroek), Ook. wiendər (Tongeren), Volksremedie: er wei (i.e. botermelk waar men de kaas heeft uitgetrokken) op te leggen. wjāndər (Schakkebroek) III-1-2 |