e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q202p plaats=Eys

Overzicht

Gevonden: 5461
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
andere voedermengsels wintermengeling: Opm. v.d. invuller: van lichter maïs, tarwe, weinig bonen, erwten, gerst, dahri.  we.ŋktərm‧ɛŋəleŋ (Eys), wintervoeder: Opm. v.d. invuller: bestaat uit: mais, terve, geast, eatse boene dari.  wintervoor (Eys) Kent U ook nog andere mengsels? Zo ja, geef daarvan dan een korte beschrijving. [N 93 (1983)] III-3-2
angel van bij of wesp angel: angel (Eys), WLD  ‧aŋəl (m.) (Eys) Hoe noemt u het orgaan waarmee bijen en wespen steken (angel) [N 83 (1981)] III-4-2
angelusklok klimpklokje: klemp klökske (Eys) De kleine klok waarmee het angelus wordt/werd geluid. [N 96A (1989)] III-3-3
angelustorentje angelustorentje: angelustuurke (Eys) Het afzonderlijk torentje waarin de angelusklok hangt [angelustorentje?]. [N 96A (1989)] III-3-3
angst angst: angst (Eys), ps. omgespeld volgens Frings.  angs (Eys), floep: m.  flu.p (Eys), m. (= angst).  flu.p (Eys), unruhe (du.): v. (bij vermeend onheil).  o.nr‧oͅu̯ (Eys) angst [SGV (1914)] || een min of meer beredeneerde vrees van iets hebbend [bang, schouw] [N 85 (1981)] || het gevoel van beklemming en vrees, veroorzaakt door een [wezenlijk of vermeend] dreigend onheil of gevaar [angst, schijt, schrik] [N 85 (1981)] III-1-4
anjelier anjer: anjer (Eys) [DC 17 (1949)] I-7
anjer, anjelier (dianthus caryophyllus l.) anjer: -  anjer (Eys) tuinanjer [DC 17 (1949)] III-2-1
anker anker: ps. omgespeld volgens Frings.  anker (Eys) anker [SGV (1914)] III-3-1
anker, maat van 1/4 aam (39 l.) anker: anker (Eys) de maat die een inhoud aangeeft van ± 39 liter = 1/4 aam [anker, kannetje] [N 91 (1982)] III-4-4
anthraciet anthraciet: a.ntrasi.t (Eys  [(Oranje-Nassau I / III / IV)]   [Zwartberg, Waterschei]) Steenkool met minder dan tien procent vluchtige bestanddelen. [N 95, 468; N 95, 460; monogr.] II-5