e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L426z plaats=Holtum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verkwanselen verfotsen: vgl. Stokkem Wb. (pag. 116): verfôtsje, verkwanselen.  verfôsjə (Holtum) Verkwanselen, op verachtelijke wijze verhandelen [vertuitelen, verkwanselen?] [N 21 (1963)] III-3-1
verlagen afgaan: aafgaon (Holtum), afslaan: aafgəsjlagə (Holtum) verlagen, iets in prijs ~ [afzetten? b.v. de biggen zijn afgezet?] [N 21 (1963)] III-3-1
verlegen beschaamd: besjeemt (Holtum), bleu: blûû (Holtum), verlegen: verlège (Holtum) verlegen [schoow, sjou, bluuj, besjeemt] [N 06 (1960)] III-1-4
verlopen zich verlopen: (de koe heeft) zex vǝrlǫu̯pǝ (Holtum) Na korte tijd van dracht een misgeboorte hebben, gezegd van de koe. [N 3A, 39a] I-11
verpachte banken verpachte plaatsen: verpachde plaatse (Holtum), verpachte plaatse (Holtum) De kerkbanken waarvan de plaatsen aan parochianen verpacht werden. [N 96A (1989)] III-3-3
verschillende knikkerspelen: slang schieten slang schieten: sjlang sjeete (Holtum) Hoe worden (werden) de verschillende knikkerspelen genoemd? [N R (1968)] III-3-2
verse koe frisse vaars: vresǝ vēs (Holtum) Koe die pas gekalfd heeft en aan een nieuwe melkperiode begint. [N 3A, 60] I-11
verspreid gras sprei: špręi̯ (Holtum) Het resultaat van de handeling uit het voorgaande lemma: het gemaaide gras dat gelijkmatig op het veld ligt te drogen. [N 14, 98] I-3
verstelbare voerluiken koeienhekken: kø̄i̯hɛkǝ (Holtum) Verstelbare luiken, die de voergang afscheiden van de voerbak en de koeienstand, komen vooral in het noorden van Nederlands-Limburg voor. Door de luiken wordt het voer vanuit de voergang in de voerbak gedaan. Waar deze onbekend zijn, zijn vaak benamingen voor een ruif voor koeien vermeld. Deze zijn verzameld in het lemma "ruif voor de koeien" (2.2.19). [N 5 A, 37d; monogr.] I-6
verstopte speen stop: stǫp (Holtum) Speen waaruit wegens verstopping geen melk komt. [N 3A, 67a] I-11