e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L289h plaats=Boshoven

Overzicht

Gevonden: 811
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
mannelijk schaap bok: bok (Boshoven) Het mannelijk schaap in het algemeen. Varianten van het woordtype hamel die voor "mannelijk schaap" zijn opgegeven, zijn naar het lemma ''gesneden mannelijk schaap'' (2.2.5) overgeheveld. [L 5, 30b; L 20, 22a; L 39, 44; L 6, 25; L B2, 319; JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 2, 46; A 4, 22a; Wi 12; AGV, m 3; R 3, 34; VLD; S, Q 105 add.; monogr.] I-12
mannelijke kat, kater dakhaas: dā.khās (Boshoven), kater: kaater (Boshoven), kātər (Boshoven) kater III-2-1
marmiet, koperen ketel marmiet: marmi.t (Boshoven) koperen ketel III-2-1
matras matras: mətras (Boshoven) matras III-2-1
mattenklopper mattenklopper: matəkloͅpər (Boshoven) mattenklopper [DC 15 (1947)] III-2-1
meer melk gaan geven aankomen: ānkōmǝ (Boshoven), bijkomen: bɛi̯kōmǝ (Boshoven) [N 3A, 68] I-11
mekkeren blerken: blɛ̄rkǝ (Boshoven) Geluid voortbrengen, gezegd van de geit. [N 19, 76b; monogr.] I-12
melk melk: mɛlǝk (Boshoven) De hoofdzakelijk uit water, eiwit, vet en melksuiker bestaande witte vloeistof die door het vrouwelijk rund wordt afgescheiden. Op de kaart is het woordtype melk niet opgenomen. [A3, 3; A 11, 1c; A 17, 17; A 7, 14; RND 40; RND 127; S 23; JG 1a, 1b, 2c; L 1a-m; L 4, 3; L 29, 5; NE 3, V 6n; Vld.; Gwn 10, 1; monogr.] I-11
melk zeven zijen: zei̯ǝ (Boshoven) De melk door een doek, zeef of filter laten vloeien om de melk te zuiveren van onbruikbare of verontreinigende stoffen of bestanddelen. [S 46; Wi 30; monogr.; add. uit N 12, L 324] I-11
melkaders melkaderen: mɛlkǭrǝ (Boshoven) De aders langs de buik naar de uier. [N 3A, 118a] I-11