e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L282p plaats=Achel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
getob; tobben gesukkel: ook materiaal znd 23, 78: "Wanneer iets na lang proberen maar niet wil lukken zegt men: wat een ....., gesukkel  gesukkel (Achel) gemartel [ZND 01 (1922)] III-1-4
getrouwde vrouw getrouwde vrouw: gətraowdə vraow (Achel) getrouwde vrouw; een - - moet kunnen naaien [RND] III-2-2
getuige getuige: getuuge (Achel) de getuige bij het huwelijk [tsuuch] [N 96D (1989)] III-2-2
getuige zijn getuigen: getuuge (Achel) getuige zijn bij een huwelijk [getuigen zijn, bronken] [N 115 (2003)] III-2-2
getuigen getuige zijn: getuugge zien (Achel), getuigen: getugen (Achel) getuigen [ZND 24 (1937)] III-3-1
getuigrek bok: bǫk (Achel  [(paal in de muur)]  ), getuigbok: gɛtyx˱bǫk (Achel) Het zwaardere paardetuig wordt meestal opgehangen aan de muur aan een rek, zware stokken, haken, knuppels, balkjes etc. Het kan ook op een plank gelegd worden. De benamingen geven vaak aan om welke mogelijkheid het gaat. Benamingen die naar een kast of kist verwijzen, zijn overgeplaatst naar het lemma "getuigkast" (2.3.7). Zie ook dat lemma. [N 5A, 59e; add. uit N 13, 81] I-6
gevaarlijk gevaarlijk: met ’t vuur speulen is gevaorlijk (Achel), me͂ vuur speulen is gevoarlik (Achel) Met vuur spelen is gevaarlijk. [ZND 37 (1941)] III-1-4
gevaarlijke kerel gevaarlijk: des ne gevaorleke kijrel (Achel), des ne gevoarlike ke͂rel (Achel) Dat is een gevaarlijke kerel. [ZND 37 (1941)] III-1-4
gevallen engelen duivels: duuvelen (Achel) De gevallen engelen. [N 96D (1989)] III-3-3
gevangenis bak: Van Dale: I. bak, 9. (gemeenz.) gevangenis, nor, arrestantenhok.  bak (Achel), cachot (<fr.): Van Dale: cachot (&lt;Fr.), gevangenhok, gevangenis; arrestantenlokaal.  kachot (Achel), gevang: gevang (Achel), kot: koot (Achel) gevangenis [ZND 24 (1937)] III-3-1