e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Altweerterheide

Overzicht

Gevonden: 1206
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kikkerdril (2, bewerkt) (-)gezwel: peddegezwêl (Altweerterheide) kikkerdril III-4-2
kikkervisje koelekopje: koêleköpke (Altweerterheide), uilenkopje: uûleköpke (Altweerterheide) dikkopje || kikkervisje III-4-2
kind (algemene benaming) jong: cf. WNT s.v. "jong (II) - jonk"1. kind in het algemeen; 3. kind of jeugdig persoon van het mannelijk geslacht  jônk (Altweerterheide), keutel: kuuëtel (Altweerterheide), kind: kîntj (Altweerterheide), kindje: kintje (Altweerterheide), wicht: wecht (Altweerterheide) kind || kindje || klein kind III-2-2
kinderachtig kinderachtig: keêndjerechtig (Altweerterheide), wichterachtig: wichterechtig (Altweerterheide) kinderachtig III-1-4
kinderstoel kakstoel: kakstōl (Altweerterheide) hoog kinderstoeltje met pot III-2-1
klapekster houwegerst: houw’aegerst (Altweerterheide) klapekster III-4-1
klaproos klaproos: klaproeës (Altweerterheide), slaapkopje: slaopköpke (Altweerterheide) klaproos III-4-3
klaverzuring hazeklee: haazeklieë (Altweerterheide) klaverzuring III-4-3
kleefkruid weerkruid: wer-kroêt (Altweerterheide) kleefkruid III-4-3
kleerhanger hangertje: hę.ŋǝrkǝ (Altweerterheide), hɛ.ŋərkə (Altweerterheide), klederhanger: klęjǝrha.ŋǝr (Altweerterheide) Gebogen houtje of beugel met haak waarop men jas of mantel zonder kreuken kan ophangen. [N 59, 35; monogr.] || kleerhanger II-7, III-2-1