e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Amstenrade

Overzicht

Gevonden: 2103
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lof lof: loͅf (Amstenrade) het lof [RND] III-3-3
loof lover: WBD\\WLD  loovər (Amstenrade) De bladeren van een boom samen (loof, lover). [N 82 (1981)] III-4-3
loot, nieuw uitgelopen twijgje scheut: WBD\\WLD  sjûût (Amstenrade) Een nieuw uitgelopen twijgje (spraon, scheut, schot, lot). [N 82 (1981)] III-4-3
lork lariks: WBD\\WLD  lááriks (Amstenrade) De lariks (die s winters zijn naalden verliest) (lariks, lork, laris, lurk). [N 82 (1981)] III-4-3
losse linnen halsboord boordje: beurdje (Amstenrade) halsboord, losse linnen ~ [beurdje, hemdsband] [N 23 (1964)] III-1-3
loten loten: lōͅtə (Amstenrade) Het spel waarbij de winnaar(s) door het lot word(t)(en) aangewezen [loten, loteren, lotelen, loteren]. [N 88 (1982)] III-3-2
luchtx lucht: loecht (Amstenrade) lucht [DC 03 (1934)] III-4-4
lui vuil: vôêl (Amstenrade) niet verlangend om te werken of een handeling te verrichten [lui, niet scheutig] [N 85 (1981)] III-1-4
lui (lieden) lui: luuj (Amstenrade), lyj (Amstenrade) lui/lieden; de - zijn vandaag allemaal buiten op het land aan het maaien [DC 03 (1934)] || volk [RND] III-3-1
luid schreien beuken: bèùəkə (Amstenrade) zeer luid huilen [janken, schreiten, beuken] [N 85 (1981)] III-1-4