21965 |
duivenhok |
duifhuis:
dufǝs (Q038p Amstenrade)
|
Soms vindt men in de nok van de zolder een afgeschotte ruimte voor de duiven, die door een gat in de gevel of in het dak in en uit kunnen vliegen. Hier staan de benamingen voor het duivenhok, ongeacht de vorm van dat hok, bijeen. De termen slag en spijker in dit lemma hebben betrekking op de duivenkooi als geheel. Zie ook het lemma "duivenslag" (3.4.8). In kaart 51 zijn voor Belgisch Limburg alleen de mondeling verzamelde gegevens in kaart gebracht. Zie afbeelding 17. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; A 10, 9k; L 8, 9a; L 38, 31; S 37; monogr. add. uit N 5A, 58c "til" en JG 2c; A 28, 14c "spijker]
I-6
|
24141 |
duivin, vrouwelijke duif |
zij:
zîê (Q038p Amstenrade)
|
een vrouwelijke duif (duivinne, wijfje) [N 83 (1981)]
III-4-1
|
18685 |
dunne sjaal |
zijden sjaaltje:
siejen sjaalke (Q038p Amstenrade)
|
sjaal, dunne ~ [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18332 |
dunne zijden dameskous |
fil d`cosse (fr.):
Van Dale: fil décosse (Fr.), glanzend tweedraads katoengaren, glansgaren.
file de cos (Q038p Amstenrade)
|
dameskousen, dunne zijden ~ [N 24 (1964)]
III-1-3
|
18333 |
dunne zwarte rouwkous |
rouwkous:
rouwkouse (Q038p Amstenrade)
|
kousen, dunne zwarte ~ gedragen in de rouwtijd [N 24 (1964)]
III-1-3
|
17895 |
duwen |
duwen:
düjə (Q038p Amstenrade)
|
duwen [RND]
III-1-2
|
19504 |
dweil |
schrobdoek:
schroebdook (Q038p Amstenrade)
|
grove doek waarmee vloeren, stoepen, etc samen met water worden schoongemaakt [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
19260 |
dwingen |
dwingen:
dwéngə (Q038p Amstenrade)
|
het iemand onmogelijk maken anders dan op een bepaalde wijze te handelen [dwingen, nopen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
24957 |
eb, laagtij |
laag water:
lîêch wààtər (Q038p Amstenrade)
|
eb, teruggaan van het water van de zee en de toestand van laag water [N 81 (1980)]
III-4-4
|
20394 |
echtgenoot |
baas:
echtgenoot
bās (Q038p Amstenrade),
mens:
mīēntsj (Q038p Amstenrade)
|
(man. ) Bestaat er een woord voor man in de beteekenis van echtgenoot? [DC 05 (1937)] || de man met wie men getrouwd is [man, mens, baas] [N 87 (1981)]
III-2-2
|