23400 |
sint-jozefbeeld |
beeld van sint-jozef:
beeld van st jozef (L295p Baarlo),
sint-jozefbeeld:
sint jozefbeeld (L295p Baarlo),
st jozefbeeld (L295p Baarlo, ...
L295p Baarlo),
sint-jozefsbeeld:
st jozefsbeeld (L295p Baarlo)
|
Een beeld van de H. Jozef. [N 96A (1989)] || Een beeld van St. Jozef. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
22765 |
sint-maartensvuur |
sint-maartensvuur:
sint mertesveur (L295p Baarlo),
sinter-maartensvuur:
sinter mertesveur (L295p Baarlo),
sintermertesvuur (L295p Baarlo)
|
Het vuur dat op St. Maarten wordt ontstoken, Sint Maartensvuur. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23809 |
sint-marcusprocessie |
sint-marcusprocessie (<lat.):
sint marcuspercessie (L295p Baarlo),
st marcusprecessie (L295p Baarlo)
|
De bidprocessie die op die dag wordt gehouden, St. Marcusprocessie. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
24114 |
sint-vincentiusvereniging |
vincentius:
vincentius (L295p Baarlo)
|
De vereniging voor bezoek van thuiszittende armen en ondersteuning daarvan (St. Vincentius). [N 96D (1989)]
III-3-3
|
19420 |
sintel |
sintel:
sintel (L295p Baarlo)
|
Hoe noemt u datgene dat uit de kachel komt en dat nog kan branden nadat de as eruit gezeefd is (van steenkool)? (bluskool, sintel, kooltjes, krikken) [N 104 (2000)]
III-2-1
|
22703 |
sinterklaas |
sinterklaas:
sinterklaos (L295p Baarlo, ...
L295p Baarlo),
sinterkloaës (L295p Baarlo)
|
6 december, Sint Nicolaas, Sinterklaas [tsinterkloaës]. [N 96C (1989)]
III-3-2
|
21444 |
sjacheraar |
sjachelaar:
sjacheléér (L295p Baarlo)
|
sjacheraar: Iemand die zich aan minderwaardige handel bezondigt [sjatser, sjacheléér? enz.] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21581 |
sjacheren |
sjachelen:
sjachelen (L295p Baarlo),
Opm. betekent hier een klein beetje handelen.
sjachele (L295p Baarlo)
|
Sjacheren, op verachtelijke wijze handel drijven [sjacheren, sjachelen, sjatsen?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21143 |
sjees |
sjees:
šiǝs (L295p Baarlo)
|
Licht en hoog tweewielig rijtuigje voor twee personen met een verstelbare kap. Er is geen aparte bok voor de koetsier. De sjees was voor rijke boeren vaak het voertuig waarmee ze onder meer naar de kerk of naar de stad gingen. De sjees is het bekendste tweewielige rijtuig, vandaar dat de benaming "sjees" ook wel vermeld werd als naam voor het tweewielig rijtuig in het algemeen. [N 17, 5; N 101, 1, 3, 4, 8, 15; N G, 51; L 1a-m; L 36, 70; S 18, 30; monogr]
I-13
|
18686 |
sjerp |
sjerp:
sjirp (L295p Baarlo)
|
sjerp, brede sierband met strik, gedragen om het middel of over een schouder [N 23 (1964)]
III-1-3
|