e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K318p plaats=Beverlo

Overzicht

Gevonden: 2283
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
erwt, algemeen erwt: èt (Beverlo) erwt I-7
erwten- of bonenranken bonenranken: boͅi̯nràŋə (Beverlo) [N Q (1966)] I-7
esdoorn es: of ahorn, acer pseudoplatanus; fr. érable  es (Beverlo), rable (fr.): of ahorn, acer pseudoplatanus; fr. érable  ārābəl (Beverlo) es, esdoorn [ZND 34 (1940)] III-4-3
eten (ww.) eten: èətə (Beverlo), ééətə (Beverlo), ww  ê"te (Beverlo), sukken: ww  sùkke (Beverlo) eten [RND], [ZND 25 (1937)] III-2-3
etensresten overschot: euverschot (Beverlo), ø͂ͅvərsxoͅt (Beverlo), Syst. Frings  ø̄vərsxoͅt (Beverlo) Etensresten, overschotjes (orte?) [N 16 (1962)] || hoe heten de resten van het eten van mensen [ZND 34 (1940)] III-2-3
etter materie: məterij (Beverlo) etter (van een wonde) [ZND B1 (1940sq)] III-1-2
familie familie: femili (Beverlo), volk: van-’t volk (Beverlo) familie || familie (zijn) III-2-2
fanfare muziek: Sub mars: t Meziek spilde ne fèr"me pareblee: de fanfare speelde een flinke mars.  `t meziek (Beverlo) [De fanfare]. III-3-2
fatsoenlijk fatsoenlijk: Da⁄s ne fatsoenleke mins (Beverlo), fetsoenlōk (Beverlo), ordentelijk: ordèntlōke (Beverlo), serieus: das nə sərjøzə mins (Beverlo) Dat is een fatsoenlijk mens. [ZND 35 (1941)] || fatsoen, fatsoenlijk III-1-4
fazant fazant: fezant (Beverlo) fazant III-4-1