e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bilzen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ochtend (vanmorgen ochtend: deze merge (Bilzen), diejze mèrge (Bilzen), mérge (Bilzen) s morgens) [DC 65 (1990)], [ZND 39 (1942)] III-4-4
oester oester: ōēster (Bilzen) oester [Willems (1885)] III-2-3
officiële toestemming van de gemeente om een duivenhok te hebben goedkeuring: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  de goēdkeïring (Bilzen), vergunning: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  de vergunning (Bilzen) Hoe heet verder in Uw dialect: de officiële toestemming van de gemeente om een duivenhok te hebben? [N 93 (1983)] III-3-2
ogenblikje, korte tijd, eventjes beetje: bitshe (Bilzen), e bietsje (Bilzen), e bitsche (Bilzen), ogenblikje: ⁄n oogenblikske (Bilzen) een ogenblikje [ZND 04 (1924)] || even [ZND 34 (1940)] III-4-4
oksaal oksaal: ennen schaônen oksaôl met enne nauwen elger (Bilzen), schaone oksaol (Bilzen), schown ogsōōl (Bilzen), ⁄n sjune oksoaël met ⁄n nauwe elger (Bilzen) Een schoon (d)oksaal (waar het orgel zich bevindt in de kerk). [ZND 39 (1942)] || Een schoon oksaal met een nieuw orgel. [ZND 05 (1924)] III-3-3
olie olie: oële (Bilzen), smout: van koolzaad  smaat (Bilzen) de vette vloeistof die b.v. gebruikt wordt bij het aanmakenvan sla of het braden van vlees (smout, olie) [N 80 (1980)] III-2-3
oliebol berlijnse bol: boule de Berlin  berleinse bol (Bilzen) oliebol [N 16 (1962)] III-2-3
oliemolen slagmolen: slǭ.x[molen] (Bilzen), slǭx[molen] (Bilzen), smoutmolen: smā.t[molen] (Bilzen) Wind-, water- of rosmolen waarin uit zaden olie wordt geslagen. Het zaad wordt daartoe gekneusd met behulp van de zgn. kollergang bestaande uit twee verticaal geplaatste loperstenen. Het geplette zaad wordt in een pan verhit en vervolgens in wollen zakjes (builen) geborgen, waarna de builen in leren omslagen met een paardeharen voering gelegd worden. Het op deze wijze verpakte warme zaadmeel wordt daarna tweemaal geperst. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel -ømolenŋ het lemma ɛmolenɛ.' [JG 1a; JG 1b; Vds 15; Jan 15; Coe 5; Grof 5; monogr.; N D add.] II-3
omarmen pakken: pakke (mèt de êrm) (Bilzen), vastpakken: vaspakke (Bilzen) Met gestrekte armen omvatten ((om)vademen, (om)spannen, omarmen, (om)pakken) [N 108 (2001)] III-1-2
omboeken inplooien: inplojǝ (Bilzen) Het omvouwen en vastlijmen van de randen van het leerwerk. [N 60, 52] II-10