e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L269p plaats=Blerick

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kop van de schoof kop: kǫp (Blerick) De bovenkant van de schoof, daar waar zich de aren bevinden. Zie afbeelding 7. [N 15, 21b; JG 1b] I-4
kop, maat van 5 liter kop: (vaste stof, vb. aardappele).  kop (Blerick) de maat die een inhoud aangeeft van 5 lier [kop, kwartier] [N 91 (1982)] III-4-4
kopband kopband: kǫp˱baŋk (Blerick) De band die om de beide uiteinden van het vat wordt aangebracht. De in dit lemma opgenomen benamingen duiden zowel de voorlopige als de definitieve banden op die plaats aan. Zie ook het lemma ɛsluitbandenɛ. Als sluitband heeft de kopband vaak de functie van opzetband. Zie ook dat lemma.' [N E, 22a; N E, 23; N E, 42] II-12
kopen kopen: koupe (Blerick), koupe(n) (Blerick) koopen [SGV (1914)] || kopen (geen context) [DC 37 (1964)] III-3-1
koper poetsen koper poetsen: kōpər putsə (Blerick, ... ), poetsen: putsə (Blerick) metaal met behulp van vloeibare of zachte poetsmiddelen vlekvrij en glanzend maken [DC 15 (1947)] III-2-1
kopje kopje: køͅpkə (Blerick) een kop koffie [SGV (1914)] III-2-1
kopjeduikelen kopjekeukelen: kupke kukele (Blerick) duikelen, voorover vallen [stulpe, stölpe] [N 10 (1961)] III-3-2
kopnet kopnetje: kǫpnętjǝ (Blerick) Vliegennet dat alleen over het hoofd van het paard wordt gehangen. [JG 1a, 1b; N 13, 83a] I-10
koppelteugel, koppelstang paardsteugel: pē̜rtstø̄gǝl (Blerick) Verbinding tussen de bitten van de paarden van een tweespan, of teugel die het haam van het bijdehandse paard (het paard dat bestuurd wordt) met het bit van het vandehandse paard (het rechtse paard van een twee- of driespan) verbindt. [N 13, 36] I-10
koppig (een) warse: wē̜rsǝ (Blerick), koppig: köppig (Blerick), wars: wē̜rs (Blerick) [JG 1a; A 48A, 41a; N 8, 64h]koppig [SGV (1914)] I-9, III-1-4